"Hugo onderzoekt wilsbeschikking, als in: als ik zoiets krijg, hoe zou ik het leven willen verlaten? En ik heb daar meer een dromerige kant in. Dus ik ben steeds aan het nadenken over: zou ik het gewoon kunnen laten gaan en leven totdat het op is? Zou ik dat durven als ik alzheimer krijg?
In de serie bouw ik rituelen met mensen. Mijn vraag is: hoe zou ik je kunnen helpen om het ritueel te bouwen wat je nog zou willen doen? De wereld lijkt steeds maar te vragen om glans, om succes. Overal moeten elke dag slingers omheen. En met rouw verwachten we dat er een einddatum aan zit. Dat bedoelt niemand slecht, maar ze vinden dat het op een gegeven moment afgerond is. Maar rouw laat zich niet in een agenda plaatsen. Rouw komt en gaat en komt soms harder terug na langere tijd.
Anja zegt in de serie: 'Ik had rouw, en ik heb nog enorme rouw, maar omgevingen worden op een gegeven moment ongemakkelijk van die rouw.' Terwijl: we moeten het leven doordesemd opeten elke dag. Als rouw in onze omgeving wordt opgenomen en ademruimte krijgt en iedereen deelt daarin zijn verdriet, dan kan je daarna ook de muziek weer aanzetten.
Het is niet zo dat het alleen maar zwaarte is of dat mensen daar eindeloos in blijven hangen. Er moet een plek zijn, een ontspannen, goede, mooie, open plek om sterfte en de angst voor sterfte te kunnen voelen."