Paul Scheerder vertelt met smaak de lange voorgeschiedenis van het Leefkringhuis. Het begon eigenlijk al in de jaren zestig, toen hij vrijwilliger was bij de toenmalige jeugdzorg, de vereniging Pro Juventute voor pleegzorg en voogdij. Hij raakte betrokken bij de bouw van een vakantiehuis in Oostenrijk voor arme kinderen uit Amsterdam-Noord. Het vrijwilligerswerk deed hij naast zijn baan bij dagblad Het Parool op de afdeling abonnementen.
‘Sommige kinderen uit de Vogelbuurt hadden verhalen over mishandeling. Het ergste was dat een of twee kinderen na terugkomst uit Oostenrijk niet werden opgehaald door hun ouders. En dan zei zo’n kind dat hij in een hut op het Jeugdland sliep. Ik dacht: daar moet opvang voor komen. Van de woningbouw kon ik de winkelruimte met bovenwoning hier tegenover huren. Ik was eerste deel van vijf portretten door een onderwijzer die in de Jordaan een zogeheten leefkringhuis had opgezet. Hij had bedacht dat iedereen verantwoordelijk is voor de kinderen in de wijk. De school, de ouders, de huisarts, de agent, de sportschool, iedereen is verantwoordelijk.’