Het leek Hugo een goed idee om af te spreken in het Rotterdamse verpleeghuis De Leeuwenhoek waar hij samen met Adelheid Roosen een vierdelige tv-serie heeft gemaakt, maar uiteindelijk ontmoeten we elkaar in zijn kantoor in de Witte de Withstraat.
Daar hangen ze, ieder in een eigen hoek, onderuitgezakt op iets wat lijkt op een Chesterfield-bank, de schrijvers van het manifest Scherp op Ouderenzorg: Carin Gaemers en Hugo Borst. Moe. Altijd moe. Allebei. De eerste uit een hele serie overeenkomsten.
Carin: 'Ik heb me in mijn leven twee keer negen maanden - ondanks het kotsen wat maar niet ophield - echt energiek gevoeld. Dat was heerlijk.'
Hugo: 'Hoe zou het komen hè, dat wij steeds zo moe zijn?'
Carin: 'Mijn persoonlijke theorie is: we hebben zo veel in ons hoofd, dat dit misschien een soort van compensatie is. Als we die natuurlijke rem niet hadden, zouden we waarschijnlijk allebei volstrekt manische personen zijn. Zonder enige vorm van gezinsleven, zonder enige structuur.'
Hugo: 'Het heeft ook met nieuwsgierigheid te maken. Mijn antennes staan altijd aan.'
Carin: 'Die van mij ook. Every waking moment. Terwijl ik in wezen verschrikkelijk lui ben. Ik zeg altijd: mijn geest is lenig, maar de rest is zo stram als ik weet niet wat.'
Een paar jaar geleden bezocht Hugo een bijeenkomst in De Hofstee, het verpleeghuis waar zijn moeder woont. Hij was daar als bezorgde zoon. Carin zat er in de cliëntenraad. Haar moeder had ook in dit huis gewoond. Na haar overlijden was Carin doorgegaan met haar raadswerk, precies zoals ze al een leven lang deel uitmaakt van besturen en verenigingen. Een dossiertijger heet dat dan.
Carin: 'Jij was er die avond ook als columnist. Je had zo’n schrift je bij je.'
Hugo: 'Dat klopt. Ik schreef al een tijdje een kroniek over mijn moedertje. Ik kwam er al snel achter dat wat er fout ging bij Laurens, de organisatie waar De Hofstee onder valt, symptomatisch was voor wat er verkeerd ging in veel Nederlandse zorginstellingen.'
Carin: 'En ik was, samen met de cliëntenraad, al jaren bezig met mijn strijd toen jij kwam binnenwandelen. Er zijn veel mensen die zich boos maken dat er kennelijk een Bekende Nederlander voor nodig is om misstanden aan de kaak te stellen, maar ik heb daar nooit problemen mee gehad. Ik zeg nog altijd: "Dank onze lieve Heer voor Hugo Borst."'
Hugo: 'Ik kan oprecht nijdig worden als jouw naam niet wordt genoemd, maar ik weet ook dat je inmiddels je positie wel hebt verworven. Zeker sinds je vorig jaar die prijs van Opzij kreeg: de meest invloedrijke vrouw van Nederland. En toen hadden we de Machiavelli-prijs al binnen. Hartstikke leuk allemaal, maar een beetje mal is het natuurlijk wel. We kunnen wel tien andere mensen noemen die ook voor die prijzen in aanmerking komen, toch?'
Carin: 'Minstens. Maar weet je wat ik zo mooi vind aan jouw opwinding over die zogenaamde ongelijkheid? Dat je zo loyaal bent.'
Hugo: 'Ja. Als ik één ding belangrijk vind, is het loyaliteit.'
Carin: 'Dat geldt ook voor mij. Toen iemand me een keer schreef dat jij hier alleen maar voor jezelf aan meedeed, heb ik een woedend appje gestuurd en gezegd: "Als je dit niet terugneemt, praat ik nooit meer met je!” Ik was echt pislink. Ik heb een hoog kom-niet-aan-mijn-maatje-gevoel.'
Tekst gaat door onder afbeelding