Het idee van maakbaarheid kreeg ze al vroeg mee in haar opvoeding, vertelt Carolien Borgers in Brainwash Zomerradio. Ze is een kind van de jaren tachtig, waarin het idee de boventoon voerde dat alles mogelijk is als je hard werkt. "Amerika was het grote voorbeeld van die maakbaarheidsillusie, waar The American Dream je voorhield dat je het leven zelf in de hand hebt."
Het gezin Borgers kwam vaak in Amerika, en ging er tien jaar lang anderhalve maand op vakantie. "Mijn vader had een automatiseringsbedrijf en moest naar Amerika voor zaken. Toen wij daar voor het eerst kwamen, en erop uittrokken met een camper, waren mijn ouders meteen verkocht. We zaten in motels die je uit de films kent, waar de pool boy blaadjes uit het zwembad staat te scheppen, waar we met z'n vieren in één kamertje logeerden en de auto voor de deur parkeerden."
The land of dreams
Hoe beter Borgers Amerika leerde kennen, hoe meer ze merkte dat het maakbaarheidsideaal geen stand hield. Tegelijk zag ze dat het ideaal wijdverspreid was onder Amerikanen, ondanks de weerbarstige praktijk van het leven die het tegendeel bewees. "De mensen van mijn leeftijd die ik daar sprak, hadden een beeld van de wereld waarin individuen aan de top hun succes volledig op eigen kracht voor elkaar hadden gekregen. Ze hielden er geen rekening mee dat je op allerlei manieren gevormd wordt vanaf het moment dat je geboren wordt.
"Als je uit een klein dorpje in Arkansas komt, heb je in een ongelijke en oneerlijke wereld niet evenveel kans op succes." Ook voor de vader van Borgers lag de aantrekkingskracht van Amerika in het geloof dat iedereen het kon maken in the land of dreams. "Mijn vader kwam uit een arm, naoorlogs gezin uit Rotterdam, en hoopte dat de wereld na de twee wereldoorlogen eindelijk zou gaan worden wat het kon zijn. Hij dacht dat iedereen in een systeem van vrijhandel en neoliberalisme het beste uit zichzelf kon halen."
Het geloof in financiële voorspoed werkte lange tijd aanstekelijk voor Borgers. "Ik heb lang gedacht dat mensen die het minder goed hadden, daar zelf echt wel iets aan konden doen. Dan moet je gewoon iets harder je best doen. Dat zat verankerd in mijn denken."
Toch wist ze zich wel af te zetten tegen de druk om het te moeten maken. "Niet tegen het idee, maar wel de manier waarop ik de maakbaarheid zou inlossen. Ik wilde graag theater maken, en dat is niet per se iets waar je rijk van wordt... Maar ik wilde wel de beste worden. Dat vond mijn vader ook belangrijk."
'Het is allemaal nep'
Een maker die veel invloed op Borgers heeft gehad, was Fiona Apple. "Fiona Apple was eigenzinnig en tegendraads. In de jaren negentig was er veel voorgeproduceerde pop, zoals Aqua en Britney Spears. Dat waren vaak jonge vrouwen die volledig gemaakt en gevormd waren, zoals mijn grote voorbeeld uit die tijd, Mariah Carey.
"Op haar 21e ontmoette zij Tommy Motella, de baas van Sony, en kreeg min of meer te horen dat ze met hem samen moest zijn als zij iets wilde betekenen. De meeste vrouwen die in die tijd in de Top 40 stonden, maakten niet hun eigen muziek, en hadden geen controle hadden over wat ze deden."
Fiona Apple laat Borgers zien hoe het anders kan. "Zij is tegendraads, schrijft alles zelf, en is een fantastische pianist. Zij was in staat om de hypocrisie van de popwereld aan de kaak te stellen. In 1996 bracht ze haar eerste album uit, Tidal, waar ze meteen een Grammy voor won.
"Toen zij die prijs op haar 19e in ontvangst nam, gaf ze een speech waarin ze zegt dat de muziekwereld verrot is. Ze waarschuwde deze roem niet te ambiëren, want het is niet wat het lijkt: het is allemaal nep. Dat is haar niet in dank afgenomen, ze werd erom verguisd. Mensen vonden haar een ondankbaar meisje dat haar mond moest houden. Dit was in de jaren negentig, een intens seksistische tijd voor vrouwen − in welke industrie dan ook."
Het nummer Paper Bag heeft voor Borgers levensenergie en ongerichte woede in zich. "Ik voel me erg gezien door dat nummer," zegt ze. "In die tijd was ik bezig met een zoektocht van duiding en betekenisgeving, en werd deze zin uit het nummer één van mijn lievelingszinnen:
'He said: 'It's all in your head.'
And I said: 'So is everything.' But he just didn't get it.'
"Ze heeft gelijk, so is everything! Je kan empathisch zijn, je kan je verplaatsen in andere mensen, maar zelfs dat moet via jou. Je kunt niet om jezelf heen, door wiens ogen moet je het anders zien? Zij liet mij op vrij jonge leeftijd anders kijken naar de wereld. Het perspectief dat je inneemt is uniek." Borgers ontwikkelt vanaf die tijd steeds sterker haar eigen geluid.
Fiona Apple opende haar de ogen voor wat een vrouw ook kon zijn: uitgesproken, en iemand die achter het werk staat dat ze zelf heeft gemaakt. Het inspireerde Borgers om zelf teksten te gaan schrijven. Dat deed ze in eerste instantie heel serieus. "Ik maakte hele serieuze liedjes, want ik was een hele serieuze maker, die zichzelf erg serieus nam." Maar toen ze stond te zingen op het podium van de toneelschool, moest het publiek er hard om lachen.
"Het was pijnlijk. Dat was omdat het heel pathetisch was wat ik deed," herinnert Borgers zich. "Het waren serieuze liefdesliedjes waarin ik veel medelijden met mezelf had. Mensen dachten: dit moet een grap zijn, niemand neemt zichzelf zo serieus. Maar ik wel,", zegt ze lachend.
"Het was niet dat ik de druk voelde om als jonge vrouwelijke maker serieus genomen te worden. Maar ik dacht: pff.. humor. Lachen kunnen we altijd nog, we moeten eerst even snappen hoe het leven in elkaar zit." Maar toen de lach kwam toen ze daar stond, voelde ze meteen hoeveel directer de connectie was die ze maakte met het publiek, dan wanneer de zaal stil en aandachtig naar haar luisterde. Ze maakte van humor haar beroep.
'Haar is gewoon smerig'
Wat ook door het werk van Borgers heen spreekt, is het tegendraadse van Fiona Apple. Zo maakte ze de podcast Over Haar, waarmee ze het schoonheidsideaal dat op vrouwen wordt gedrukt wilde tarten. Ze besloot zich een jaar niet te scheren.
"Als iets heel star en duidelijk is in mijn hoofd, wil ik graag weten waarom dat zo is. Dat gold voor het idee van maakbaarheid uit mijn opvoeding en de veroordeling van mensen die niet succesvol zijn. En dat gold ook voor het feit dat het voor mij een heel helder gegeven was dat je je als vrouw gewoon scheert. Je scheert je benen, je oksels en je bikinilijn. Want: haar is gewoon smerig."
Er gaat vanzelfsprekendheid uit van het geloof in de noodzaak om te scheren: vanaf een jaar of dertien krijg je een deo, een tampon, en een scheermes. "En als je je niet scheert, is dat een gotspe. Ik schoor mijn bovenbenen nooit, en onderweg in de auto naar het hockeyveld zei een meisje uit mijn team: 'Gatverdamme! Heb je je bovenbenen niet geschoren?' Toen dacht ik: oh, dat moet dus blijkbaar ook. Dan ga je ervanuit dat het iets is dat je gewoon doet, en dat het vies is als je het niet doet."
De norm in twijfel trekken
Borgers merkt op dat je niet ontkomt aan de dwingende blik van de ander, van de samenleving die je vertelt wat wel en niet afwijkend is. Ze vraagt zich af waarom we allemaal zo glad willen zijn als een dolfijn. "Dat is niet omdat ik zo graag tegen de norm in wil gaan, maar omwille van de vrijheid die je binnen de maatschappij en jezelf kan voelen, is het belangrijk om de norm af en toe in twijfel te trekken. En te kijken waar hij vandaan komt, zodat als de norm absurd blijkt te zijn, je de ruimte hebt om je te realiseren dat ervan afwijken je meer vrijheid geeft."
De muziekkeuze van Carolien Borgers en andere gasten van Brainwash Zomerradio en de podcast vind je hieronder. Het hele gesprek luister je hierboven. Of via Apple en Spotify.