In haar boek Een Klein Land met Verre Uithoeken beschrijft geograaf en journalist Floor Milikowski hoe politieke keuzes ervoor zorgen dat banen en kapitaal zich concentreren in grote steden, terwijl elders de bevolking krimpt, en ziekenhuizen, bibliotheken en scholen verdwijnen. Brainwash vraagt haar wat de gemeenteraadsverkiezingen en lokale beleidsmakers kunnen betekenen in het keren van het tij.
Vandaag kan je stemmen voor de gemeenteraadsverkiezingen. Die doen ertoe in een land waarin de kloof groeit tussen centrum en periferie, en kansarme en kansrijke delen van het land.
Wat staat er in deze gemeenteraadsverkiezingen op het spel?
"In eerste instantie de vertrouwensrelatie tussen de bevolking en de overheid. Het is pijnlijk dat het vertrouwen tot zo'n diep niveau is gedaald. Er is een opeenstapeling geweest van vertrouwenscrises tussen politiek en samenleving. Dat ligt grotendeels aan wat er op landelijk niveau is gebeurd: zowel het politieke klimaat van de afgelopen jaren, alsook het aftreden en weer terugkeren van het kabinet Rutte-IV.
Op gemeentelijk niveau zie je dat mensen er niet meer op vertrouwen dat degenen die hen vertegenwoordigen handelen in hun belang. Politiek is verweven geraakt met grote systemen van belangen, en gewone mensen lijken een sluitstuk te zijn geworden, zo van: oh ja, die heb je ook nog. Dat is niet uit kwade opzet, want politici zijn vaak mensen die zich met hart en ziel inzetten voor de publieke zaak. Maar dat is moeilijk in het krachtenveld van steeds groter wordende belangen."
Kan de gemeentepolitiek op tegen dat soort grote belangen?
"Ik denk dat juist lokale partijen het goed gaan doen, omdat zij nog niet verweven zijn met de grote belangensystemen waar landelijke partijen wel vaak mee te maken hebben, zoals Europese, nationale, economische en bedrijfsafhankelijkheden. Dat zorgt ervoor dat je steeds minder ruimte hebt om dat op je eigen manier in te vullen. Lokale partijen zetten zich daar bewust tegen af. Voor een landelijke partij is dat moeilijker, omdat er belangen achter zitten waar ze rekening mee moeten houden. Lokale partijen kunnen zich meer richten op de alledaagse zorgen en problemen waar mensen vaak mee te maken hebben."
Lokale partijen kunnen zich toch ook niet onttrekken aan grensoverstijgende belangen?
"Als je een lokale partij bent, en klaar bent met de groei en overlast van Schiphol, dan kan je dat veel makkelijker zeggen dan een landelijke partij. De landelijke partij van GroenLinks, D66 of VVD heeft bepaalde standpunten, overwegingen en afspraken, en daar moet de lokale afdeling zich naar voegen. De lokale D66 kan niet iets doen waar Kaag het niet mee eens is. Dus hoeveel vrijheid heb je dan?"
Kan de lokale politiek dan meer betekenen voor concrete problemen van de burger?
"Er is nu zoveel onvrede. Veel mensen zijn klaar met marktwerking en de neoliberale koers die al veertig jaar is gevaren. Maar het duurt langer voordat de grote partijen daar een omslag in maken, dan de lokale partijen. Zij kunnen makkelijker gedag zeggen tegen internationale belangen, en zich inzetten voor een ziekenhuis, of het leefbaar houden van hun buurt, of voor een betaalbare energierekening. Zij kunnen dat oplossen zonder rekening te houden met de geopolitieke vraagstukken. Dat is een gezonde ontwikkeling, om op een pragmatische manier alledaagse beslommeringen aan te pakken."
In je boek Een Klein Land met Verre Uithoeken beschrijf je dat bibliotheken, basisscholen en ziekenhuizen verdwijnen, doordat de landelijke politiek niet langer investeert in kansarme delen van het land. Kan je daar op gemeentelijk niveau voor corrigeren?
"Het hangt er vanaf wat je ambitie is. Eerder hadden krimpregio's moeite met het erkennen dat de krimp eraan kwam, en konden niet goed overzien wat daar de gevolgen van zijn. Er was nog een diepe wens om de krimp om te zetten in groei. De grote investering in dierenpark Emmen was daar een goed voorbeeld van. Dat moest weer groei brengen, maar dat lukte niet.
Inmiddels is er een andere sfeer in krimpgebieden, waarbij men accepteert dat de krimp er is, en er meer wordt nagedacht hoe je die bevolkingsdaling op zo'n manier kan laten plaatsvinden dat het de leefbaarheid niet te erg schaadt. Dus hoe kan je voorzieningen zo in stand houden dat dit ook met een dalende bevolking lukt, of beter samenwerken tussen gemeentes om voorzieningen in stand te houden? Of als dat niet lukt, hoe je dan zorgt dat wat wel noodzakelijk is, er toch is."
Het lukt steeds beter om dit soort problemen op lokaal niveau goed aan te pakken?
"Je ziet dat er juist op lokaal niveau veel gebeurt, zoals coöperatievorming rond een supermarkt, zodat die in stand gehouden kan worden. In Kinderdijk hebben ze laatst de bakker in het dorp met een coöperatie gered. En Ellen van Selm, de burgemeester gemeente Opsterland in Friesland, is bewust bezig met het opzetten van energiecoöperaties. Er kan juist veel verschil zijn hoe je ermee omgaat op lokaal niveau, want je kan flexibeler en pragmatischer zijn.'
Elke plek is echt anders en heeft andere mogelijkheden en problemen. Dan is het juist de lokale gemeenschap van bewoners, ondernemers, maatschappelijk betrokkenen, corporaties en zorginstellingen die de handen ineen moeten slaan. Dat gaat steeds beter: op meer plekken zie je dat er uit nood en urgentie samenwerkingen worden gevonden die vijftien jaar geleden ondenkbaar waren. De lokale partijen staan er dichterbij. Het is sterker afhankelijk van individuele politici die de boel op sleeptouw nemen."
Toch wordt er over de lokale verkiezingen gedaan alsof ze minder belangrijk zijn dan de landelijke verkiezingen.
"Dat is een vreemde reflex. Er is veel gedecentraliseerd, waarbij gemeentes taken zoals jeugdzorg van het rijk hebben overgenomen, dus het is juist belangrijk. Maar het is veelzeggend dat mensen denken dat het niet zoveel uitmaakt wie er in de raad zitten, en of ze wel of niet stemmen. Mensen hebben kennelijk het gevoel dat de dingen toch wel gaan zoals ze gaan en ze daar weinig invloed op hebben. Dat is reden tot zorg.
En het is niet voor niets dat mensen dat zo voelen. Te vaak worden beslissingen genomen op basis van algehele, grote belangen. De wethouder die rekening moet houden met vestigingsklimaat en internationale concurrentie vindt dat hij belangen beter kan afwegen. Als deskundigen het beter denken te weten dan de bevolking, zie je het gevaar van technocratie die het overneemt van democratie. Maar als de bevolking het niet eens is met die koers, omdat zij straks met de gebakken peren zitten, dan heb je daar ook naar te luisteren.
Gemeenteverkiezingen zijn dus heel belangrijk. Er zijn zorgen over lage opkomsten, maar ik hoop echt dat mensen gaan stemmen. Ik ben ervan overtuigd dat er in elke gemeente wel een partij of politicus te vinden is waar je vertrouwen in kan hebben."
Gemeentes kampen momenteel met grote financiële tekorten, en kunnen de lasten van jeugdzorg die na decentralisatie op hun bord terecht zijn gekomen, vaak niet dragen.
"Vanaf het begin dat de jeugdzorg werd gedecentraliseerd was het duidelijk dat het een bezuinigingsactie was. Het is schandalig hoe dat bij gemeentes is neergelegd zonder de juiste financiering, waardoor gemeentes onder water zijn komen te staan. Basisvoorzieningen schieten tekort en mensen zijn de dupe omdat er geen zorg beschikbaar is. Het is een groot drama wat we met elkaar hebben laten gebeuren.
De politiek is een afspiegeling van de samenleving, dus besluiten die politiek worden genomen met kennelijk draagvlak, dat moeten we onszelf allemaal aanrekenen. De samenleving is aan zet, en moet zeggen dat het anders moet. Gelukkig is er inmiddels veel ophef over, maar je mag hopen dat er iets aan gebeurt. Juist als je decentraliseert en als je wil dat macht en verantwoordelijkheid meer bij de gemeente komen te liggen, dan moet daar ook het geld heen."
Als je dit als kiezer signaleert in jouw gemeente, is stemmen in de gemeenteraadsverkiezingen niet genoeg, omdat de gemeentebudgetten door het rijk worden bepaald.
"Dat is zo en dat is ook lastig. Ik ben niet snel cynisch, maar de werkelijkheid van Den Haag is zo ver komen te liggen van de werkelijkheid van mensen in hun buurt. Daarom begrijp ik ook dat mensen niet stemmen. Maar tegelijk denk ik dat je juist als je wel stemt, je daar iets aan kan doen. Als je stemt op een lokale partij die ervoor kan lobbyen, of een gevestigde partij die zich hard maakt voor het plaatselijke belang, dan kan dat echt het verschil maken.
We hebben grote en moeilijke vraagstukken waar we met z'n allen voor staan. Op lokaal niveau moet het concreet gebeuren, op nationaal niveau moeten de kaders geschapen worden. We schuiven de energietransitie nu al zo'n twintig jaar voor ons uit. Het is pijnlijk en het is niet altijd even leuk, maar we zullen het toch met z'n allen moeten doen. Het is je burgerplicht om het op te brengen om te blijven stemmen."
In je boek beschrijf je dat kansenongelijkheid in Nederland vergroot wordt doordat politiek Den Haag ervoor kiest om niet in de zwakke maar juist de sterke regio's te investeren. 'Don't back the losers, pick the winners', aldus een beleidsmaker.
"Ik zie dat geleidelijk kantelen. Bij de laatste Tweede Kamerverkiezingen hadden bijna alle grote partijen de regionale ongelijkheid nadrukkelijk in hun programma staan. Het voorstel voor de Lelylijn, de spoorlijn tussen Groningen en Amsterdam, staat weer op de agenda, wat laat zien dat er weer meer aandacht is voor de minder centrale regio's.
Ook de invoering van de Regio Deals door het vorige kabinet laat zien dat het beleid verandert. Dat is een pot geld die wordt verdeeld onder regio's die concrete plannen hebben om de brede welvaart te vergroten. Dat leidt op veel plekken tot mooie projecten en samenwerkingen die echt verschil maken."
Dat klinkt hoopvol.
"Onder bestuurders en ondernemers is er nieuwe energie. Tien jaar geleden was er veel moedeloosheid. Nu zie je samenwerkingen tussen onderwijs en bedrijfsleven, of slimme oplossingen voor energievoorzieningen. Voormalig Rijksbouwmeester Floris Alkemade zei dat juist in de periferie de vernieuwing plaatsvindt, omdat daar de ruimte is om oplossingen te vinden voor de vraagstukken waar we mee worstelen. In de Randstad is weinig ruimte voor eigen initiatief, maar in krimpregio's is men ertoe gedwongen.
Juist op plekken waar de overheid zich terug heeft getrokken en voorzieningen zijn verdwenen, moeten mensen zelf het initiatief nemen. Als de kracht in een samenleving wordt aangeboord, levert dat veel vernieuwing op."