Een Sherpa - een van oorsprong Tibetaans volk woonachtig in de Himalaya, vaak ook naam voor ‘berggids’ - begeleidt een groep buitenlanders tijdens de zware beklimming van een hoge Himalaya-berg. Een van de expeditieleden wordt ziek en de Sherpa moet hem onder slechte weersomstandigheden naar beneden brengen. Alleen: de man blijkt zijn stijgijzers niet goed te hebben vastgemaakt.
Om zijn leven te kunnen redden, trekt de Sherpa zijn handschoenen uit en bindt de stijgijzers van de man goed vast. Maar in het korte moment dat zijn vingers aan de kou worden blootgesteld, bevriezen ze. Het expeditielid overleeft de afdaling met dank aan de Sherpa - deze laatste raakt zijn vingertoppen kwijt en kan hierna nooit meer naar de hoge Himalaya-toppen. Hij verliest zo zijn passie en inkomen. Zijn zorgen begint hij met alcohol te verdrinken, waardoor hij uiteindelijk op veel te jonge leeftijd overlijdt.