René Descartes (1596 – 1650)
‘Ik denk, dus ik ben’
René Descartes staat met die ene formulering aan de wieg van wat de moderne filosofie wordt genoemd: cogito ergo sum. Oftewel: ik denk, dus ik ben. Dat zinnetje staat voor een nieuwe methode om onszelf en de wereld om ons heen te onderzoeken.
Descartes stelt dat onbetwijfelbare kennis niet kan voortkomen uit traditie of gewoonte. Zelfs onze eigen zintuigen zijn niet helder genoeg. Ware kennis begint bij een radicale twijfel aan alles wat we geloven, menen te weten of waarnemen. Pas als we aan alles twijfelen, stuiten we op iets wat onbetwijfelbaar is. Namelijk dat iets twijfelt, of denkt. Ons eigen verstand is volgens Descartes het startpunt van kennis. Vandaar: ik denk dus ik ben.
Met Descartes klopt de Verlichting aan de deur; niet blind een overtuiging volgen, maar kritisch nadenken. Durf te twijfelen.
Maar, als het verstand de bron is van kennis, hoe zit het dan met ons lichaam? Volgens Descartes moeten we het lichaam beschouwen als een mechanisch systeem. Descartes maakt een scherp onderscheid tussen denken en onze lichamelijkheid. Het lichaam is te zien als een voorgeprogrammeerde machine, zonder gedachten of wil. Het denken is daarentegen vrij en bewust van zichzelf. Dit zogeheten dualisme stuit op veel kritiek, ook vandaag nog.
Neurowetenschappers stellen dat wij niets meer zijn dan een biologische machine. Die vrijheid van Descartes is een illusie. Descartes zou hen deels gelijk geven. Ja, het lichaam is een machine. Maar over het denken kunnen we dat niet zeggen. Een machine voert immers blind zijn programma uit, maar het verstand kan twijfelen en alternatieve gewoontes ontwikkelen. ‘Iets’ in ons lichaam moet zich dan toch onttrekken aan dat gedetermineerde. Een zelfbewuste geest in de machine, in staat tot ethiek en politiek.
Descartes woonde twintig jaar in Nederland, waar naar eigen zeggen het klimaat om te denken beter was dan in Frankrijk. Hier ontmoette hij ook de hoogbegaafde Elisabeth van de Palts. Tussen beide ontstond een wereldberoemde correspondentie, die voor Descartes de aanleiding was om De passies van de ziel te schrijven. Een studie over hoe harstochten onze ziel beroeren.