De eerste zes afleveringen van Mediastorm worden gepresenteerd door journalist Wouter van Noort, daarna neemt rechtshistoricus en mediacriticus Madeleijn van den Nieuwenhuizen het stokje over. Bij verschillende redacties heeft Wouter al kunnen zien hoe journalisten te werk gaan; hij werkte onder andere voor Elsevier en NOS. Bij NRC verzorgt hij op dit moment de nieuwsbrief Future Affairs, waar hij ook een podcast-serie voor maakt.
Welke mechanismes zitten achter de beelden die je ziet in de media? Op die vraag probeert HUMAN Mediastorm antwoord te vinden. Wouter van Noort is een van de presentatoren van het nieuwe wekelijkse programma. We vroegen hem waarom daar nu behoefte aan is. "Gebrek aan zelfreflectie in de media draagt bij aan het wantrouwen van media."
Ha Wouter, een podcast-serie, een nieuw televisieprogramma en twee jonge kinderen. Duizelt het je al, met alles dat eraan zit te komen?
"Het voelt als een flinke sprint, maar het past ook allemaal goed in elkaar. Met de NRC-podcast proberen we vooruit te kijken en analyseren we de aannames die onder gebruik van media en technologie zitten. Het nieuwe televisieprogramma Mediastorm duikt wat meer in de mediadynamiek, waar ik de laatste tijd ook over geschreven heb.
Het is de eerste keer dat ik een televisieprogramma presenteer, en dat is spannend. Ik presenteer natuurlijk podcasts, en ik modereer en presenteer bij live evenementen, maar dit is toch een heel ander vak. Bij televisie is het meer gescript en moet het in een draaiboek passen. Wat mij betreft is dat de uitdaging; om met zo’n televisieprogramma toch een beetje de losheid, spontaniteit én diepgang in gesprekken te kunnen waarborgen."
Vind je het als journalist ook ingewikkeld, omdat je met meer bezig moet zijn dan alleen de inhoud?
"Absoluut, maar ik denk dat televisieregels er ook zijn om gebroken te worden. Als ik televisie kijk, vind ik het gescripte karakter ervan ouderwets aanvoelen. Het is wel tijd voor vernieuwing.
In Mediastorm gaan we reflecteren op mediadynamiek. Wat gebeurt er bij journalistieke redacties, welke keuzes worden gemaakt? En, welke fouten worden gemaakt en hoe verantwoorden journalisten zich daarvoor? Als je dat op een authentieke manier wil doen, moet je ook ruimte laten voor rommeligheid. Om je eigen nieuwsgierigheid te volgen en een rare vraag te stellen die niet in het draaiboek staat."
Waarom vind je het belangrijk dat dit programma op televisie komt?
"Volgens mij is er in de media behoefte aan zelfreflectie. Het wantrouwen in de journalistiek is heel sterk gegroeid, al helemaal in de laatste twee jaar tijdens de coronapandemie. Ik denk dat journalisten zichzelf in slaap sussen door te zeggen dat het komt door nepnieuws en desinformatie. Ik denk dat dat veel te simpel gesteld is.
Een deel van het wantrouwen komt doordat de mediadynamiek rare uitkomsten geeft. Zoals het hype-gedrag, met z’n allen op één bal springen. Dat zie ik bij de selectie van het nieuws; of je nu het NOS Journaal of het RTL Nieuws kijkt, je ziet soms vrijwel dezelfde bulletins. Dat verbaast me heel erg. Hoe kan het dat redacties die los van elkaar opereren, toch met redelijk dezelfde beelden terugkomen?
Welke mechanismen zitten daarachter? Welke keuzes worden er gemaakt? Welke blinde vlekken zijn er? En heeft dat ook iets te maken met het groeiende wantrouwen? Dat is het vraagteken waarmee we op pad gaan in Mediastorm. Ik denk dat de tijd er rijp voor is, we hebben behoefte aan een waakhond van de waakhond."
Je schreef in je boek Is daar Iemand? over hoe de smartphone ons leven beheerst. Wat is de plek van sociale media in jullie media-analyse?
"Zeker in de pandemie hebben we veel media om ons heen verzameld, alleen zijn de verantwoordingsmechanismen niet meegegroeid met hoe die media alomvertegenwoordigd zijn. Media zijn heel erg technisch geworden, denk aan de algoritmes die bepalen wat je ziet. Maar wat zijn die effecten van sociale media?
In het programma zullen we het zeker over die mechanismen van sociale media hebben. Maar ook over hoe bijvoorbeeld Twitter journalistieke keuzes beïnvloedt. Dat een relletje op Twitter al snel uitgroeit tot een heel serieus onderwerp in talkshows."
Wat hoop je met Mediastorm vervolgens te bereiken?
"Vooral dat mensen beter gaan snappen hoe media werken. Door inzicht te geven in hoe wordt bepaald welke beelden gekozen worden, en door met een kritische blik naar collega-journalisten te kijken. Niet om het wantrouwen te vergroten, juist om het weg te nemen door een blik onder de motorkap te geven.
Kloppen de afwegingen die journalisten maken wel? Wat zijn blinde vlekken? En draagt het gebrek aan zelfreflectie niet toe aan het wantrouwen?"
Wat was voor jou als journalist een moment dat je inzicht kreeg in je eigen blinde vlekken?
"De pandemie vond ik een heel confronterende tijd voor de journalistiek. Ik denk dat we achteraf best kunnen zeggen dat er te smal gekeken is naar de bronnen die we gebruikten. Bijvoorbeeld ten opzichte van de effecten van de maatregelen op de mentale gezondheid van jongeren. Waar waren de experts die daar zinnige dingen over te melden hadden?
Een te smalle selectie van experts werkte het wantrouwen in de media in de hand. Als je steeds dezelfde experts in de talkshows ziet, snap ik dat mensen zijn gaan denken: waar zijn de kritische journalisten gebleven?"
Hoop je met het programma polarisatie ook tegen te gaan?
"Ik denk niet dat depolariseren een doel hoeft te zijn van de journalistiek. Maar ik denk wel dat bewust of onbewust de dynamiek in de media op dit moment meewerkt aan polarising. Vooral onder invloed van algoritmes en de focus op clickbait, op wat het beste scoort.
Ik denk dat we als journalisten ook wat meer werk kunnen maken van het gesprek, van oprecht luisteren naar mensen die wat op te merken hebben of zorgen hebben over hoe media te werk gaan."
Eigenlijk gaat veel van wat je zegt over het verbreden van je blik.
"Dat denk ik wel. En ook over het bewustzijn van die smalle blik. Het boek van Joris Luyendijk, over mensen met ‘zeven vinkjes’, daarvan lopen er heel veel rond op redacties. Zeker op de beslissersstoelen zitten heel veel ‘zevenvinkjes’. Dat zorgt er in ieder geval voor dat een heel groot deel van onze samenleving niet vertegenwoordigd is in die redactievergaderingen. En dat zorgt er ook voor dat keuzes worden gemaakt die andere mensen heel anders zouden maken. Als je daar geen verantwoording voor aflegt, dan groeit het wantrouwen en vergroot je het probleem van polarisatie."
Welke ‘mediastormen’ die we voorbij zien komen fascineren je?
"Wat me de laatste tijd fascineert is de beeldvorming die rondom de oorlog in Oekraïne speelt. Van beide kanten wordt gebruik gemaakt van allerlei propagandatechnieken. Niet om te zeggen dat die twee gelijkwaardig zijn, Rusland verspreidt duidelijk nepnieuws en propaganda.
Beelden doen er heel erg toe, al helemaal tijdens een oorlog, en er wordt op allerlei manieren gebruik van gemaakt door mensen die er belang bij hebben. Het beeld van een hand met rode nagellak, van een slachtoffer in Boetsja, bijvoorbeeld. Dat beeld is zo dominant geworden. Welke keuzes ten grondslag liggen aan hoe dat beeld dominant wordt, dat kan zeker een thema zijn voor de uitzendingen.
We willen graag duiding geven aan die beelden; waar kijken we naar met z’n allen? Het is heel spannend omdat het programma helemaal nieuw is. Ik hoop heel erg dat het gaat lukken om de duiding te brengen die we willen."