De Nederlandse politie experimenteert de afgelopen jaren met bodycams: kleine cameraatjes, gedragen op het uniform van de agent. In de Verenigde Staten draagt de politie zulke apparaten al langer. Welke rol spelen bodycambeelden in de beeldvorming rondom de politie? En wat is het effect van bodycams op het gedrag van agenten die ze dragen en de burgers met wie deze agenten in aanraking komen?

‘One of the most disgusting scenes of police brutality I have seen since George Floyd.’ Zo omschrijft VN-rapporteur Nils Melzer begin 2022 op Twitter beelden van het optreden van de Nederlandse ME bij een coronaprotest op het Malieveld. De tweet krijgt veel aandacht. Melzer mengt zich ermee in de beeldenstrijd rond het politiegeweld tijdens coronaprotesten, die in de uitzending van Argos Medialogica van 26 juni wordt onderzocht. Beelden gemaakt door demonstranten met smartphones leggen het optreden van de politie meer dan ooit onder een vergrootglas en worden door demonstranten aangevoerd als bewijs voor geruchten. Bijvoorbeeld over Romeo’s: leden van een undercover arrestatie-eenheid van de ME die geweld zouden gebruiken om demonstraties te laten escaleren. 

Al voor de coronademonstraties doen beelden van politiegeweld stof opwaaien. Tot de bekendste van deze beelden behoren de video’s van de moord op George Floyd, met wie Melzer een vergelijking trekt. Floyd sterft op 25 mei 2020 doordat de Amerikaanse politieagent Derek Chauvin hem tijdens een arrestatie minutenlang op het asfalt duwt. De video’s die omstanders maken gaan het internet over, en geven een enorme stimulans aan de Black Lives Matter-beweging. Wereldwijd gaan demonstranten de straat op met Floyd’s laatste woorden ‘I can’t breathe’ op hun protestborden geschilderd. 

Standaard een bodycam mee

Tijdens het proces tegen politieagent Chauvin worden niet alleen video’s gemaakt door omstanders in de rechtszaal vertoond. De jury ziet ook schokkerige beelden die net onder ooghoogte zijn geschoten. De handen die af en toe in beeld komen doen denken aan die in een first-person perspective videogame. Deze beelden zijn afkomstig van de bodycams die Chauvin en zijn collega’s droegen tijdens de arrestatie van Floyd. De kleine draagbare cameraatjes zijn in veel Noord-Amerikaanse staten een standaard onderdeel van de uitrusting van politieagenten. De Amerikaanse agent wordt dus niet alleen gefilmd, maar filmt zelf ook. 

Ook de Nederlandse politie voert op steeds grotere schaal experimenten uit met bodycams. In 2021 worden door het hele land 2.000 draagbare cameraatjes verspreid onder politie-eenheden. Onderzoeker en adviseur op het gebied van veiligheid en criminaliteit Sander Flight houdt deze ontwikkelingen nauw in de gaten. Al sinds 2000 specialiseert hij zich in cameratoezicht door de overheid. Als onder president Obama de body-worn camera door middel van hoge subsidies breed wordt uitgerold in de Verenigde Staten, begint Flight zich specifiek op de bodycam te richten. ‘Toen dacht ik: dit zou best een ontwikkeling kunnen zijn die in de rest van de wereld ook staat te gebeuren.’  

In 2017 publiceert Flight zijn eerste rapport over het gebruik van bodycams bij politiewerk. Daarna voert hij evaluaties uit van bodycam-pilots bij de Politie Amsterdam, de Landelijke Eenheid, en de gemeente Rotterdam. Inmiddels heeft hij in tientallen organisaties van gemeenten tot OV-bedrijven evaluaties van bodycams uitgevoerd en meegedacht over een goede implementatie van de apparaten. In mei dit jaar volgt de uitkomst van zijn onderzoek voor de Nationale Politie waarin hij nieuwe manieren onderzoekt waarop bodycams van meerwaarde kunnen worden voor het dagelijkse politiewerk: ‘Bodycams breder bekeken’ 

De evolutie van de bodycam

De eerste op het uniform gedragen ‘bodycams’ werden 25 jaar geleden al gebruikt door de Nederlandse politie, vertelt Flight. ‘In 1997 had de politie in Limburg tijdens demonstraties of grote evenementen draagbare camera’s op hun helmen. Agenten te paard filmden zo vanaf boven wat er gebeurde en konden iemand laten meekijken. Het doel was operational awareness: de commandant in de controlekamer kreeg een goed beeld van wat er gebeurde op straat, en kon zo vanuit zijn hokje de actie beter coördineren.’ 

Tien jaar later wordt de bodycam opgenomen in het programma ‘Veilige Publieke Taak’ van het ministerie van Binnenlandse Zaken. ‘In 2007 was subsidie beschikbaar voor innovatieve toepassingen om overheidsdienaren in uniform, zoals ambulancepersoneel en agenten, veiliger te laten werken. Er was toen net een nieuwe camera op de markt van het Nederlandse merk ZEPCAM: een draagbare camera, eigenlijk ontwikkeld om tijdens het windsurfen filmpjes mee te kunnen maken. De politie zag daar ook wel wat in, en zo kwam de bodycam in het programma van Binnenlandse Zaken terecht,’ aldus Flight. 

Vier regionale politiekorpsen experimenteren met de bodycam, maar uit de evaluatie blijkt dat het niet werkt. ‘De techniek was niet fijn, er zaten snoeren aan de bodycams, en de agenten wilden het niet gebruiken.’ Hierdoor komen de experimenten van de Nederlandse Politie op een laag pitje te staan. 

Dat verandert in 2014. Naar aanleiding van de rellen die in hetzelfde jaar in Ferguson uitbreken nadat de 18-jarige zwarte man Michael Brown wordt doodgeschoten door een witte agent, maakt toenmalig president Barack Obama 263 miljoen dollar vrij voor de aanschaf van bodycams voor Amerikaanse politie-eenheden. ‘Ineens kwamen er door de vergrote vraag heel goede bodycams op de markt: lichter, meer schokbestendig, en met een veel betere batterijduur. Door die technologie zie je dat vrijwel tegelijk de hele wereld op grote schaal aan de bodycam ging.’ 

'Ook voor een tweede video-perspectief geldt: dat is maar één van alle verschillende kanten van waaruit je een incident kunt zien.'

Sander Flight, Onderzoeker en adviseur op het gebied van veiligheid en criminaliteit

'Transparency and accountability' versus 'vrijheid blijheid'

De bodycam is inmiddels wijdverspreid, maar er bestaan grote verschillen tussen landen in hoe het cameraatje gebruikt wordt. ‘De bodycam is in Nederland eigenlijk bijna altijd gezien als een apparaat waarmee je geweld tegen politieambtenaren kan voorkomen, dat was al zo tijdens het gebruik van de cameraatjes in ‘Veilige Publieke Taak’,’ vertelt Flight. Uit angst voor een sanctie gedragen mensen zich beter als ze gefilmd kunnen worden. ‘Mensen denken: als ik nu deze agent uitscheld of mishandel, dan hebben ze daar bewijsmateriaal van en word ik veroordeeld. Voor dat preventieve effect, waarvan onderzoek het bestaan heeft aangetoond, hoeft de bodycam niet eens aan te staan om incidenten te voorkomen.’ 

In Nederland beschermt de bodycam agenten dus tegen geweld van burgers. In de Verenigde Staten is de bodycam daarentegen niet bedoeld om de agent te beschermen tegen de burger, maar de burger tegen de agent: ‘In Amerika heerst veel breder het idee dat de politie discrimineert – dat agenten harder optreden tegen mensen uit bepaalde wijken of met een bepaalde huidskleur, en daarbij buitensporig geweld gebruiken. Door bodycams verplicht te stellen, vergroot je wat ze daar de ‘transparency and accountability’ van de politie noemen.’

Dit verschil in ideologieën achter bodycamgebruik zorgt ervoor dat het gebruik in de praktijk erg verschilt per land. ‘Als je een bodycam inzet voor het vergroten van transparantie, dan gaat je dat nooit lukken als je het gebruik niet verplicht. Anders gaan de zogenaamde rotte appels natuurlijk nooit een bodycam dragen. Dus in Amerika is het gebruik van de bodycam tot op de komma gereguleerd.’ Maar in Nederland is het in de woorden van Flight ‘vrijheid blijheid’. Agenten mogen zelf bepalen of zij een bodycam willen dragen, of ze de camera aanzetten, en of ze gemaakte beelden bewaren of verwijderen. ‘In Amerika is het een controlemiddel, dus verplicht voor iedereen. In Nederland is het voor je eigen veiligheid, dus kijk maar of je er wat in ziet.’ 

De vrijblijvendheid rondom bodycamgebruik in Nederland zorgt ervoor dat de Nederlandse burger geen rechten kan ontlenen aan de bodycam, wat in de Verenigde Staten wel mogelijk is. ‘Als je als burger in Nederland wilt dat bodycambeelden worden meegenomen in een strafrechtelijk onderzoek, kan de politie zeggen: ‘Er zijn geen beelden, want de camera stond niet aan,’ en dan is het klaar. In Amerika gaan de beelden standaard mee in het onderzoek. En omdat agenten daar in bepaalde situaties verplicht zijn om te filmen, heeft een agent die geen beelden heeft gemaakt heel wat uit te leggen.’ 

Sommige politiemensen blijken hun werk beter te doen als zij een bodycam dragen. Het cameraatje heeft een zelf-corrigerend effect, zo concluderen verschillende onderzoeken. Flight geeft een voorbeeld van een agent met een politiehond die een inbreker achtervolgt. De inbreker heeft zich verstopt in de bosjes, en de agent wil de hond loslaten om de man op te pakken. ‘Maar een politiehond is een geweldsmiddel, dus de agent moet voor gebruik waarschuwen. Er zijn geen collega’s ter plekke, maar de agent draagt wel een bodycam. Die fungeert als getuige. Je hoort die agent wel drie keer duidelijk waarschuwen in de richting van de camera voordat hij de hond loslaat.’ 

De videorevolutie

Dat politiekorpsen wereldwijd in toenemende mate gebruikmaken van bodycams, is een ontwikkeling die past binnen wat Flight de videorevolutie noemt. ‘Het is tegenwoordig zo normaal om ergens filmpjes van te zien, dat veel mensen zich afvragen of iets wel echt is gebeurd als er geen beelden van zijn.’ Van gebeurtenissen waar we twintig jaar geleden na pas drie dagen in de krant over lazen, zien we nu in het avondjournaal al de videobeelden – vaak gemaakt door toevallige voorbijgangers met een smartphone op zak of dashcams in auto’s. Dat heeft volgens Flight veel voordelen: ‘Ik kan beter empathie voelen voor mensen aan de andere kant van de wereld als ik ze zie. En kijk naar de berichtgeving nu over de oorlog in Oekraïne: veel reconstructies van oorlogsmisdaden worden gebaseerd op camerabeelden waarvan de maker zelf niet doorhad dat het zo’n cruciaal stukje informatie kon worden.’ 

De mogelijkheid om altijd en overal te filmen heeft invloed op de dagelijkse werkzaamheden van de politie. ‘Agenten moesten er tien jaar geleden enorm aan wennen dat een actie die ze uitvoerden op straat een dag later ineens te zien was op Dumpert of YouTube. Dat ze altijd in beeld konden zijn, was een enorme schok voor politiemensen.’ Die schok is inmiddels wel voorbij, en de omgang van de politie met pers en publiek is flink geprofessionaliseerd. ‘Een jaar of zes, zeven geleden zei de politie na het bovendrijven van beelden van gewelddadige politieacties vaak: ‘dit is niet het hele verhaal, geloof ons maar’. Tegenwoordig hebben ze door dat ze dan ook boter bij de vis moeten doen.’ Dus zet de politie steeds vaker haar eigen beelden of verhalen naast beelden die in de media naar voren komen. Een recent voorbeeld hiervan is de Rotterdamse politiechef Fred Westerbeke die na felle kritiek op het politieoptreden tijdens rellen bij het Woonprotest in oktober 2021 dronebeelden gemaakt door de politie zelf vrijgaf. Volgens Westerbeke zouden deze beelden laten zien dat het geweld niet geïnitieerd werd door politiemensen, maar door demonstranten.

In principe vindt Flight het goed dat er van eenzelfde incident uit meerdere hoeken beelden worden vrijgegeven. ‘Als een nieuw beeld bijdraagt aan het nadenken over wat er echt gebeurd is, ben ik voor het verspreiden van dat beeld. De werkelijkheid is complex, dus alles wat helpt om je genuanceerder te laten kijken naar een gebeurtenis is meegenomen.’ Maar één beeld tegenover een ander beeld zetten en daarmee denken dat de kous af is, vindt hij te simpel gedacht: ‘Ook voor een tweede video-perspectief geldt: dat is maar één van alle verschillende kanten van waaruit je een incident kunt zien. Om te beoordelen wat er is gebeurd, is veel meer informatie nodig: ik wil weten wat eraan vooraf is gegaan, hoe de betrokkenen in hun vel zaten, en wat mogelijke andere externe factoren waren die meespeelden.’ 

‘Beelden liegen niet’ en ‘what you see is what you get’: er wordt vaak aangenomen dat beelden voor zich spreken. Maar is dat wel zo? Sander Flight vertelt: ‘Zicht is het favoriete zintuig van veel mensen, maar eigenlijk is ons zicht heel beperkt. Een simpel voorbeeld is dat we maar één kant tegelijk op kunnen kijken, terwijl we wel uit alle richtingen geluid kunnen horen.’ Toch maken we van visuele prikkels vaak direct een verhaal. Dat dit verhaal niet altijd klopt, blijkt onder andere uit een interactief onderzoek naar police body cameras dat in 2016 verscheen op de website van The New York Times. De onderzoekers filmden één incident op drie verschillende manieren, en vroegen mensen naar de drie video’s te kijken en hier vragen over te beantwoorden. Voorafgaand aan deze vragenlijst worden vragen gesteld over je houding tegenover de politie. Uit de resultaten bleek dat het beeld dat mensen vooraf hadden van de politie, bepalend was voor welk video-perspectief zij het meest betrouwbaar vonden. Dit fenomeen noemen de onderzoekers perception bias

Filmen trekt gelijk

Flight is zeer huiverig voor ‘trial by social media’, en pleit ervoor de beoordeling van een incident over te laten aan rechters. Toch ziet hij ook positieve effecten van de zee aan beelden van politieacties. ‘Er zijn meerdere incidenten te vinden waarvan ik denk: wat ontzettend goed dat dit gefilmd is. Want als dat niet was gebeurd, hadden we het verhaal moeten geloven van de eerste de beste die erbij was. En dan wint degene met de meeste macht.’ 

Het filmen van de politie door burgers ziet hij dan ook als een goede ontwikkeling. ‘Zwart-wit bekeken heeft de politie macht, geweldsmiddelen, en bevoegdheden die burgers niet hebben. Hierdoor staat de politie in elke interactie al boven de burger. Wanneer je de politie ook nog een bodycam geeft die naar eigen inzicht te gebruiken is, vergroot je dat machtsverschil. Het ‘terugfilmen’ van de politie door de burger kan dat meer gelijk trekken. Als burgers de agenten die zij filmen niet lastigvallen of in de weg lopen, is het alleen maar goed voor de verhouding tussen de politie en de burgers voor wie zij werken dat die verhouding wat gelijkwaardiger wordt.’

In de Verenigde Staten wordt al langer en actiever dan in Nederland opgeroepen om de politie te filmen terwijl zij hun werk doen. Zo is er de organisatie 'Film The Police LA', die via verschillende kanalen video’s van politiemensen verspreid. Het YouTube-kanaal  waarop video’s worden gepost met titels als ‘Couple is Handcuffed and Searched For No Good Reason’ en ‘Cops Thought BLACK Man Was Robbing His WHITE Wife’, heeft bijna vijftienduizend abonnees en meer dan drie miljoen weergaven. Ook de activistische website Copblock.org besteed aandacht aan het filmen van de politie, met slogans als ‘the camera is the new gun’, en ‘remember your camera’. 

Af van het vrijblijvende

Een verschuiving van het Nederlandse bodycam-beleid richting het Amerikaanse model zou bijdragen aan een verbetering van de verhouding tussen burger en politie, meent Flight. ‘Als je de keuze om al dan niet een bodycam te gebruiken aan de kant van de drager legt, creëer je je eigen nieuwe problemen. Ten eerste hebben we precies van de incidenten waar we beelden van zouden willen hebben, zoals gewelddadige incidenten, waarschijnlijk geen beelden. Juist op spannende momenten vergeten agenten hun bodycam aan te zetten. Dat moet je dus verplichten of automatiseren. Daarnaast zadel je de politiemensen op straat op met een lastig moreel dilemma als ze zelf de keuze om te filmen moeten maken, terwijl je het deze mensen juist zo makkelijk mogelijk moet maken.’ 

Flight adviseert dus het vrijblijvende eraf te halen, en duidelijke regels op te stellen rondom bodycamgebruik: ‘Een simpel startpunt zou zijn: als je als agent geweld gaat gebruiken, dan moet je dat filmen.’ Dat hoeft niet te betekenen dat al deze beelden, zoals in de Verenigde Staten in sommige staten gebeurt, op het internet belanden. Volgens Flight zou alleen een officier van justitie moeten bepalen welke van deze beelden vrijgegeven worden aan de media. 

"Niemand zou het erg moeten vinden als rotte appels uit het korps worden gevist."

onderzoeker Sander Flight

Nog niet alle politiemensen zijn even enthousiast over zijn adviezen. ‘Mensen die nog niet veel met bodycams hebben gewerkt, vinden het allemaal heel eng. Die zeggen: ‘Je kan het toch niet verplicht stellen?!’ Maar dat kan natuurlijk wel. We geven agenten ook vuurwapens waar complexe regelgeving voor bestaat, dus dan kun je ervan uitgaan dat ze ook met een bodycam om kunnen gaan.’ Bovendien hoeft een agent die zijn of haar werk goed doet nergens bang voor te zijn. ‘In Amerika en Nederland pakken de bodycambeelden bijna altijd uit in het voordeel van de politie. De meeste agenten doen hun werk namelijk gewoon hartstikke goed. En zelfs als bodycambeelden laten zien dat een bepaalde agent de wet overtreedt, zijn bodycambeelden nuttig: om van te leren of in het uiterste geval die agent te ontslaan. Niemand zou het erg moeten vinden als rotte appels uit het korps worden gevist.’  

Argos Medialogica: Politiegeweld in Beeld

Zondag 26 juni om 22:20 uur op NPO 2

Argos Medialogica onderzoekt de beeldenstrijd rond het politiegeweld tijdens de coronaprotesten. Bij demonstraties wordt iedere politieklap of aanhouding tegenwoordig met mobieltjes gefilmd en online gedeeld. Met als gevolg een stortvloed aan negatieve reacties. Wat betekent deze beeldenstroom voor het imago van de politie? En met welk doel worden de beelden online verspreid? Klik hier.