Anja Machielse is bijzonder hoogleraar Empowerment van kwetsbare ouderen aan de Universiteit van Humanistiek. Daarnaast is ze lid van de Wetenschappelijke Advies Commissie voor het actieprogramma Eén tegen eenzaamheid. Ook adviseert ze de gemeente Rotterdam, die in 2014 een campagne tegen eenzaamheid opzette.
Een praatje met de buren, even zwaaien naar je buurtgenoot aan de andere kant van de straat. Het is contact dat we als oppervlakkig beschouwen. Maar volgens bijzonder hoogleraar Anja Machielse, is dat oppervlakkige contact veel belangrijker dan we nu doorhebben.
Al meer dan twintig jaar doet ze onderzoek naar eenzaamheid, sociale netwerken en - haar grootste fascinatie - sociaal isolement. Op het moment richt ze zich voornamelijk op eenzaamheid en isolement onder ouderen, omdat die groep groot is, en steeds groter wordt. Maar ook jongere doelgroepen spreekt ze regelmatig.
Eén ding is voor haar duidelijk: niet iedereen heeft een goed functionerend, sociaal netwerk. En dat terwijl dat wel het uitgangspunt is van het overheidsbeleid, in deze participatiesamenleving.
Maar die verwachting ligt veel te hoog, vindt Machielse. "Heel veel mensen hebben helemaal geen netwerk waar ze steun aan kunnen ontlenen."
En dan kunnen mensen veel hebben aan luchtig contact. Een praatje met de buren, of je buurtgenoten groeten. Oppervlakkig, maar: "Het helpt enorm."
Het maakt het makkelijker een beroep te doen op mensen waar je wel eens een praatje mee maakt, of die je op straat groet, dan op mensen die je helemaal niet kent. "Dat luchtige contact is veel belangrijker dan wij ons vaak realiseren."
Tekst gaat door na afbeelding
Bemoeien met anderen
Maar dat luchtige contact is flink verminderd. We zijn een beetje verlegen geworden en zijn het niet meer gewend ons te bekommeren om mensen waar we geen persoonlijke band mee hebben.
Je wilt je ook niet ten onrechte met iemand bemoeien, zegt Machielse. "Het is niet alleen verlegenheid, maar ook een vorm van respect om dat niet te doen. Want wij willen niet dat vreemden zomaar op ons afstappen en zeggen: 'Gaat het eigenlijk wel goed met u?' Dat is niet beleefd.
"Dus het heeft niet altijd te maken met dat we ons niet meer interesseren voor anderen, maar dat we ook niet meer gewend zijn dat te doen. Omdat we bang zijn om ons te bemoeien met zaken, en in de privacy van anderen te treden."
Individualisering heeft daar een rol in gespeeld. We vinden het niet prettig als anderen die we niet zo goed kennen zich met ons gaan bemoeien. "En de vraag is dan: Wanneer voelt het als bemoeienis en wanneer vinden mensen het prettig omdat je bezorgdheid uit? Dat is best wel ingewikkeld, om daar een goede balans in te vinden."
Tekst gaat door na afbeelding
Selectiever contacten leggen
Het gebrek aan een goed netwerk en luchtig contact hangt ook samen met technologische ontwikkelingen. Je kunt nu een netwerk creëren met gelijkgestemden, die een stuk verder weg wonen.
"Dus je bent niet meer aangewezen op de mensen in de nabije omgeving, in de buurt," zegt Machielse. "Je kunt je eigen vrienden zoeken en je eigen contacten leggen. En dat betekent dat mensen selectiever zijn geworden in de contacten die ze leggen."
Vroeger kende je de buurt beter. Je had nauwe contacten met sommige mensen, met anderen minder. "Maar je kende elkaar wel en kon af en toe een beroep op elkaar doen, ook als je geen dikke vrienden was. Dat is veel minder.
"We hebben veel minder aandacht en tijd voor mensen die buiten ons netwerk vallen. En daarom vallen mensen die wat minder sociale competenties hebben, of minder mogelijkheden hebben om een goed functionerend netwerk te verkrijgen, tussen wal en schip."
Tekst gaat door na afbeelding
Bankjes en zwaaistenen
De openbare ruimte kan helpen om luchtig contact te stimuleren. Bijvoorbeeld door bankjes te plaatsen. "Dat is heel vrijblijvend. Je gaat even op een bankje zitten, iemand maakt een praatje. En je hoeft verder niks met elkaar. Zo kunnen mensen zich deel voelen van het 'sociale gebeuren', zonder er echt aan deel te hoeven nemen. Dat is voor veel mensen belangrijk.
"Een georganiseerde activiteit is best wel een drempel om naar toe te gaan. Maar gewoon op een bankje ergens buiten zitten is een ander verhaal, dat is een stuk makkelijker.
"De gebouwde omgeving kan stimulerend of belemmerend zijn voor sociale contacten. Dus er zijn buurten en wijken, waarbij de openbare ruimte zodanig is dat het eenzaamheid in de hand kan werken. Hele gesloten, naar binnen gekeerde woningbouw. Geen publieke ruimtes die uitnodigen om daar deel van uit te maken, of om daar te verblijven. Die kunnen eenzaamheid in de hand werken."
Sommige initiatieven spelen al in op het luchtige contact, zoals het BankjesCollectief. Dit initiatief roept mensen op om bankjes op om op je stoep bankjes te plaatsen, en zo meer contact te krijgen met de buurt.
Of een initiatief in Zwolle, waar in een van de straten "zwaaistenen" liggen. De stoeptegels hebben een geschilderd handje, die voor huizen liggen waarvan de bewoners het leuk zouden vinden als voorbijgangers even groeten.
Machielse ziet dus ook wel een omslag langzaam op gang komen. "Maar dat is niet iets wat heel snel gaat. Het is altijd aftasten, zoeken naar een nieuw evenwicht. Het is een soort cultuuromslag, dat kost heel veel tijd."
Tekst gaat door na afbeelding
Niet altijd op te lossen
Wanneer luchtig contact niet genoeg is, en je écht een diepere band met iemand wil, dan kost dat tijd. "De kwaliteit van een contact is eigenlijk het belangrijkste, en de kwaliteit heb je niet in één klap door nieuwe mensen te ontmoeten. Kwaliteit in een relatie, relaties waarin je je veilig voelt, die ontstaat in de loop der tijd."
En dat leidt ook meteen tot een ander misverstand dat Machielse graag de wereld uit wil helpen: dat eenzaamheid altijd is op te lossen. "Je kunt het soms verzachten, je kunt iemand helpen om met de nieuwe situatie om te gaan. Bijvoorbeeld bij het verlies van een partner bij ouderen, die soms vijftig jaar getrouwd zijn. Dat kun je nooit vervangen, dat kun je niet compenseren.
"En dan zeggen mensen: 'Maar moet je eens kijken wat je kinderen allemaal voor je doen, en je hebt een heleboel broers en zussen, en vrienden en vriendinnen die goed voor je zijn.' Ja, maar dat gemis met die ene persoon waar je zo'n nauwe band mee had, dat kunnen zij niet wegnemen."
Aandacht voor netwerk
Om een diepe band te krijgen, moet je investeren in relaties, zegt Machielse. "Je moet aandacht hebben voor je netwerk. Niet denken: 'Later als ik oud ben en met pensioen ben, dan ga ik wel contacten leggen.'
"Dat betekent dat je ook op momenten dat je denkt: ik heb er helemaal geen zin in, je jezelf toch moet afvragen of je je niet teveel terugtrekt. Want naarmate je jezelf meer terugtrekt uit sociale verbanden, wordt het lastiger om daar weer deel van uit te gaan maken."
Tekst gaat door na afbeelding
"Er is iets mis met mij"
Ondanks de aandacht en acties tegen eenzaamheid is het voor veel mensen moeilijk toe te geven dat ze eenzaam zijn. "Terwijl eenzaamheid echt bij het leven hoort," zegt Machielse. "Het lijkt mij stug dat er mensen zijn die zich nog nooit eenzaam hebben gevoeld. Maar in de meeste gevallen is dat tijdelijk."
Wanneer het gevoel van eenzaamheid langer aanhoudt, gaat het knagen aan het zelfvertrouwen van de persoon. "Eenzaamheid heeft te maken met een gebrek aan verbindingen, een gevoel dat de kwaliteit of de soort relaties die je hebt niet helemaal voldoen aan de behoefte die je eigenlijk hebt aan sociale contacten.
"Dus als je je langdurig eenzaam voelt, en het lukt niet om die verbindingen waar je behoefte aan hebt weer op orde te krijgen, dan denk je: er is iets mis met mij."
Volgens Machielse spelen de media daar ook een rol in, omdat daarin vaak rijke sociale levensworden getoond. "Dat is maar een stukje van de werkelijkheid, maar wel een stukje dat zichtbaar is voor de meeste mensen."
Ook de eigenwaarde wordt flink op de proef gesteld. Andere relaties zijn nodig om die eigenwaarde op peil te houden, ook al gebeurt dat onbewust. Wanneer anderen jou waarderen en jou belangrijk vinden om wie je bent, draagt dat bij aan het gevoel dat je er mag zijn. Dat zij jou de moeite waard vinden om tijd aan te besteden. "Dus het gevoel van eenzaamheid knaagt ook aan je eigenwaarde en zelfbeeld," zegt Machielse. "En dat is precies de reden waarom mensen daar niet mee te koop lopen.
"Als mensen dan vragen: 'Ben je eenzaam, want je hebt zo weinig contacten?' Dat kun je denken: ik ga dat niet toegeven, want dan erken ik ook dat ik misschien voor niet zoveel mensen de moeite waard ben."
Tekst gaat door na afbeelding
Hardnekkig misverstand
Toch hoeven mensen die weinig contacten hebben niet eenzaam te zijn. En andersom geldt het ook: mensen met veel contacten, kunnen hartstikke eenzaam zijn. "Dat is ook een hardnekkig misverstand wat maar niet de wereld uit wil."
Dat maakt het probleem lastig. Ze hoort vaak van hulpverleners en vrijwilligers, dat mensen niet toegeven dat ze eenzaam zijn, als er naar wordt gevraagd. "En dat kan ook heel goed het geval zijn, dat het niet zo is. Want de behoefte die mensen hebben aan contacten verschilt heel sterk."
Druk op competenties
Op sommige momenten wordt er ook flink wat van je sociale competenties gevraagd. Machielse herkent het bij studenten, die naar een nieuwe stad verhuizen en daar nieuwe relaties op moeten doen.
"Dat is niet altijd even gemakkelijk. Veel beginnende studenten voelen zich eenzaam, want ook al doe je leuke dingen met mede-studenten, de kwaliteit en de diepgang van de contacten die je op de middelbare school had, die is er nog niet.
"Dat zijn van die overgangsmomenten waarin behoorlijk wat van je competenties gevraagd wordt, om je prettig te voelen in het netwerk dat je hebt. Dat gebeurt bijvoorbeeld ook als je relatie uit gaat, als je werk gaat zoeken, of kinderen krijgt en dingen niet meer kunt doen. Of wanneer je kinderen het huis uit gaan, je ontslagen wordt, met pensioen gaat. Het zijn allemaal van die momenten die het lastiger maken."
Eenzaamheid komt dus niet alleen onder ouderen voor, een misverstand waar Machielse zich aan kan ergeren. "De focus ligt vooral op ouderen, terwijl ik denk dat eenzaamheid bij het leven hoort. Als je je dat realiseert en dat taboe weg kunt halen, dan zul je zien dat mensen sneller denken: misschien moet ik hier hulp bij vragen, want het lukt mij niet."