In een nieuwe special van Het Filosofisch Kwintet, heeft Clairy Polak het erover met haar gasten. In dit artikel vast een voorproefje, van die aflevering vanaf het Brainwash Festival in Amsterdam. Te gast: historicus Gert Oostindie en filosofen Daan Roovers, Eva Groen-Reijman en Govert Buijs. Meer over de aflevering vind je hier.
In vijf jaar tijd is het aantal mensen dat in moderne slavernij leeft volgens de VN gestegen van 40 miljoen naar bijna 50 miljoen. Ondertussen dragen wij de t-shirts en bellen we met de telefoons die daar het resultaat van zijn. En gaan we kijken naar het WK voetbal in Qatar. Zijn wij de slavendrijvers van onze tijd? En als we profiteren van slavenarbeid, welke verantwoordelijkheid dragen we dan?
Vandaag leven meer mensen in slavernij dan ooit tevoren in de geschiedenis, becijferen mensenrechtenorganisaties zoals Walk Free. Een leven van uitbuiting, schending van grondrechten en werken onder erbarmelijke omstandigheden tot ziekte of de dood erop volgt. En in tegenstelling tot wat je zou verwachten in een wereld waarin slavernij bij wet is afgeschaft en moreel wordt afgekeurd, blijven de aantallen stijgen.
Veroordeeld tot wat iemand van je vraagt
Bij slavernij denken we al gauw aan de grootschalige verscheping van mensen van het Afrikaanse continent naar Amerika, waarbij mensen gedwongen moesten werken op de plantages. “Maar hoe gek het ook mag klinken, slavernij – onvrijheid – is in de geschiedenis de regel en niet de uitzondering," zegt historicus Gert Oostindie. Moderne slavernij is volgens hem iets anders dan historische slavernij, wat hij een dieptepunt in de vaderlandse geschiedenis noemt. “Slavernij betekent dat je bezit bent van iemand anders, die jou daarmee ontmenselijkt. Je bent ertoe veroordeeld alles te doen wat iemand van je vraagt. En dat geldt niet alleen voor jou, maar ook voor je nakomelingen. Je kan tot slaaf gemaakt worden en daarmee zijn jouw kinderen dat ook.”
Moderne slavernij is een vorm van arbeidsuitbuiting die niet op dezelfde manier over bezit gaat en niet erfelijk is, en Oostindie noemt het een manier om de problematiek te framen. Toch gaat er een sterke werking vanuit om het wél slavernij te noemen, vindt hij. “Het gaat over mensen die geen rechten hebben, geen arbeidscontract en weinig licht aan het eind van de tunnel zien. Slavernij keuren we vandaag allemaal af. Dat maakt de term ‘moderne slavernij’ zo goed gekozen, want daarmee zeg je meteen: dat deugt niet.”
Iedereen is medeverantwoordelijk
Filosoof Govert Buijs ziet dat ook en merkt op dat het een term is die vooral iets los wil maken. “Inmiddels zijn onze morele gevoelens de kant opgegaan dat wij tegen slavernij zijn. Het is afgeschaft. Maar gezien er zoiets bestaat als moderne slavernij, belijden wij dat kennelijk slechts met de mond. ‘Moderne slavernij’ is onthullend taalgebruik, wat scherp is en een moreel appel doet.”
We profiteren namelijk allemaal van moderne slavernij, en dat maakt ons medeverantwoordelijk. “De Nederlandse economen Paul Schenderling en Matthias Olthaar hebben uitgerekend hoeveel mensen feitelijk in erbarmelijke omstandigheden werken voor onze welvaart,” zegt Buijs. “Dan komen we uit op 1,8 fte (arbeidskracht in fulltime werkweken) per huishouden. Dus wij hebben eigenlijk gewoon slaven in dienst, maar dat weten we vaak niet, omdat de marktverhoudingen zo abstract zijn en de productieketens zo lang.”
Van vrije keuze geen sprake
Verraderlijk aan moderne slavernij is dat het de schijn heeft van het in vrijheid aangaan van een arbeidsovereenkomst. Dat is twijfelachtig, gezien de vaak armoedige omstandigheden en het gebrek aan alternatieven voor arbeiders wereldwijd. Het doet filosoof Daan Roovers denken aan een verhaal van de Israëlische filosoof Joseph Raz, over de man in de kuil. “De man heeft net genoeg te eten en kan een klein beetje bewegen, maar hij kan de kuil niet uit. Een voorbijganger wil hem uit de kuil halen, maar vraagt in ruil daarvoor levenslang een deel van zijn inkomsten. Stel dat die man daar ‘ja’ op zegt, is er dan een redelijke transactie gesloten? Raz schetst dat beeld om te laten zien dat er van vrije keuze geen sprake is.”
Hoewel de omstandigheden anders waren, liggen de drijfveren van slavendrijvers toen en nu niet ver uiteen, en die bevinden zich in het economische domein. “We zijn bereid ver te gaan in de onderwerping van anderen,” zegt Oostindie. “Historisch gezien zijn veel vormen van slavernij schuldslavernij. Je hebt schulden bij een landheer, en als je die niet kan terugbetalen, word je slaaf totdat je het hebt terugbetaald. Dat lukt je vaak nooit meer, dus je bent voor altijd slaaf. Men wil op allerlei manieren zo goedkoop mogelijk dingen maken en daar zoveel mogelijk geld aan verdienen. Hoe doet men dat? Met zo goedkoop mogelijke arbeid.”
Wij maken allemaal gebruik van de producten die deze goedkope arbeidsuitbuiting voortbrengt. Toch blijven we consumeren. Is ons morele kompas gemankeerd? “Ja, dat lijkt me hier duidelijk,” zegt filosoof Eva Groen-Reijman. “We zijn in principe in staat om ons gedrag te laten bepalen door morele overwegingen. Maar dat is niet altijd makkelijk. Je moet er voldoende kennis over opdoen, je moet het zien of er aandacht voor hebben. En we hebben tegenstrijdige belangen, die het helaas vaak ook winnen van de moraal. Als onze wil geheel en al samenviel met onze redelijke natuur, waren we engelen, zoals de Duitse filosoof Immanuel Kant het zegt. Maar mensen zijn geen engelen, en worden ook gedreven door andere zaken, zoals eigenbelang.”
Slavernij is beter weggestopt
“Het gebeurt niet recht onder onze neus, dus je moet het wel willen zien en er moeite voor doen,” zegt Daan Roovers. “Ik weet niet of dat morele besef nu zoveel meer gemankeerd is dan vroeger, maar de slavernij is beter weggestopt. We moeten onze morele horizon uitbreiden tot over de grens, naar mensen die we niet direct zien. Het is een opdracht om andere mensen te behandelen als doel in zichzelf en niet alleen als middel, zou de Duitse filosoof Immanuel Kant zeggen. Niet alleen als lichaam dat je vervangt als het stuk is, waar je een ander lichaam voor in de plaats inhuurt. Maar het is makkelijker om dat in je eigen dorp na te streven, dan in India of Qatar. Toch is dat wel onze opdracht. Onze reikwijdte is alleen zo groot geworden dat die opdracht moeilijker is geworden.”
Dat soort verklaringen over waarom het moeilijk is om te doen staan volgens filosoof Eva Groen-Reijman los van de morele vraag waartoe we verplicht zijn en wat we zouden moeten doen. Dus: wat is onze verantwoordelijkheid? “De Australische filosoof Peter Singer zegt dat we in een ‘global village’ leven, één wereld, wat consequenties heeft voor onze morele verantwoordelijkheid. In zijn beroemde gedachte-experiment loop je langs een vijver waarin een kind ligt te verdrinken. Is het dan je plicht om erin te springen en het kind te redden? Ja natuurlijk, ook als je dat vieze schoenen oplevert of je te laat komt voor een belangrijke afspraak. En dat is net zozeer je plicht als je een kind van de dood kan redden aan de andere kant van de wereld. Als je de mogelijkheid hebt, maakt de afstand niet uit. Dat levert een veeleisende moraal op, omdat er wereldwijd veel onrecht is.”
Dat het Westen faalt om de morele standaard hoog te houden en zelfs hypocriet kan worden genoemd, is een probleem op geopolitiek niveau, ziet Gert Oostindie. “Een groot gedeelte van de wereld kijkt naar het Westen en zegt: ‘Jullie zijn verantwoordelijk voor een ongelooflijk deel van wat fout is gegaan in de wereld.’ Dat is tegelijk een fantastisch excuus voor bijvoorbeeld Qatar om niet te hoeven kijken naar wat er in eigen land fout gaat. Maar als de Westerse wereld zelf niet aan de morele standaarden beantwoordt, dan hebben we ook weinig te zeggen tegen andere landen, en zeker niet: ‘Zorg eens dat je je zaakjes voor elkaar hebt.'”
Verantwoordelijk voor hele productieketen
Om wel aan onze morele standaarden te beantwoorden en moderne slavernij te bestrijden, is politieke en collectieve actie nodig. De EU werkt aan wetgeving om bedrijven aan normen te laten voldoen van maatschappelijk verantwoord ondernemen, wat met name betrekking heeft op mensenrechtenschendingen. Govert Buijs: “Deze Europese wetgeving over integraal ketenbeheer gaat daarin heel ver, waardoor je hier voor de rechter gesleept kan worden als er ergens in jouw productieketen vervuiling of slavernij zit. Als je in Europa een product aanbiedt, ben je daar verantwoordelijk voor. En dan kan je dus niet zeggen dat het ver weg plaatsvindt, of dat je het niet wist.”
En hoe zit het met onze persoonlijke verantwoordelijkheid? Schuiven we die zo te gemakkelijk af op de overheid? “Het leven wat ik leid is niet mogelijk zonder dat mensen echt schade ervan ondervinden en daarvoor in erbarmelijke omstandigheden moeten werken,” zegt Daan Roovers. “Het is waardevol om dat inzicht eens in de zoveel tijd in je gezicht gesmeten te krijgen. Anderzijds: kan ik met mijn individuele consumentengedrag zorgen dat dit probleem wordt opgelost? Nee, dat denk ik niet, daar moet ook politiek veel voor gebeuren. Maar dat appel moet wel door ons gedaan worden.”
Want het is maar de vraag of je je kunt onttrekken aan de productieketen met slavernij. “Als individu is dat nauwelijks mogelijk,” zegt Govert Buijs. “Een aantal decennia werd alles sterk bij het individu gelegd, en gezegd dat 'de consument dit wil'. Dat is een mythe. De consument wil niet veel, kan niet veel en moet ook gewoon leven met de dingen die aangeboden worden. Hij is hooguit gemakzuchtig. Dus je moet politiseren. Met Greta Thunberg is er in de milieuthematiek eindelijk weer politisering ontstaan. Ik ben beducht om te zeggen dat de consument het wil.” Want, vult Eva Groen-Reijman aan, “dat is ook verantwoordelijkheid afschuiven. Terwijl het naast elkaar kan bestaan en ze elkaar kunnen versterken.”
Kijk Het Filosofisch Kwintet
In vijf jaar tijd is het aantal mensen dat in moderne slavernij leeft gestegen van 40 miljoen naar bijna 50 miljoen. Ondertussen dragen wij de T-shirts en bellen we met de telefoons die daar het resultaat van zijn en kijken naar het WK in Qatar. Zijn wij de slavendrijvers van onze tijd? Clairy Polak praat met historicus Gert Oostindie en de filosofen Daan Roovers, Eva Groen-Reijman en Govert Buijs.
Kijk de aflevering op zondag 6 november om 23:20 uur op NPO 1, en daarna via NPO Start.