Philip Blom is historicus, filosoof en schrijver. In de nieuwste serie van het Filosofisch Kwintet vertelt hij over de relatie tussen de vrije markt en democratie. We vroegen hem zijn ideeën op een rijtje te zetten.
In alle discussies over economie valt de term 'vrije markt' eigenlijk altijd. Wat is de vrije markt precies en wat is er vrij aan?
"De vrije markt bestaat niet. Als ik met iemand zaken doe, moet hij zijn contract respecteren. Er moeten spelregels zijn die gelden voor iedereen. Daarvoor heb je een infrastructuur nodig die regelmatig gedrag bevordert. Als wij zaken doen en u niet betaalt, ga ik naar de politie. Ik kan ook naar de rechtbank stappen. Een markt bestaat bij de gratie van zo’n systeem aan regels in een maatschappij. Vrij is de markt dus nooit."
Ook de markt kent dus grenzen en regels. Wie bepaalt die?
"De markt maakt op een andere manier regels dan samenlevingen. Ten eerste bevordert hij pragmatische tolerantie. Als ik iets verkoop aan iemand, maakt het mij niet uit in welke god hij gelooft, of hoe hij is gekleed. Het maakt mij niet uit of mijn zakenpartner lesbisch, moslim of zwart is. Zolang zij maar geld heeft.
Maar er is ook buitensluiting. Als je geen geld oplevert, doe je niet meer mee in onze marktmaatschappij. We kennen het van ouderen, die we wegstoppen in bejaardentehuizen. Moet je nagaan wat dat psychologisch betekent voor mensen. Je bent voor niets meer goed. En als je het er niet mee eens bent, kun je niet eens staken.
Dit probleem wordt alleen maar groter met de opkomst van de robotisering. Steeds meer mensen zijn niet meer nuttig voor de economie. Dat geldt binnen twintig jaar waarschijnlijk voor veertig procent van de bevolking!"