Mijn brugklasser voelt zich gekooid. Hij had nét een paar maanden zijn eigen leven in de buitenwereld. Zonder ouders, alleen met fiets, telefoon en pinpas. “Hoe laat ben je thuis van school?” “Eh, ik zie wel. Ik bel wel even. Doei!” Dat is vrijheid op je 12e en daar is nu niets meer van over. Corona-maatregelen komen bij pubers en jongvolwassenen het hardst aan: zij hebben die buitenwereld, inclusief het onduidelijke rondhangen met groepen leeftijdgenoten, het meest nodig. Binnen zitten en afstand houden is niks voor tieners.
Naarmate de maatregelen langer gaan duren en een anderhalve-meter wereld zijn schaduw vooruit begint te werpen, vroeg ik me af wat dan wel een goede leeftijd voor deze crisis is. Zeker niet 70-plus uiteraard. Ik ben ook niet jaloers op de jongeren die nu hun eindexamen zouden doen - die gun je toch een lange zomer van reizen en eindeloos feestgedruis. Of studenten die net klaar zijn met een studie in een sector die nu zo’n beetje plat ligt - de cultuursector, ik noem maar wat. Of de dertigers die heel druk daten omdat de biologische klok tikt. Ook niet fijn.