Kijk Het Filosofisch Kwintet over Onzichtbare Beïnvloeding, waar gedragswetenschapper Reint Jan Renes te gast is. De aflevering wordt uitgezonden op zondag 21 juni om 12:10 op NPO 1, en is daarna hier terug te zien.
Gedragswetenschapper Reint Jan Renes is lid van het kernteam van de Corona Gedragsunit van het RIVM. Waar virologen onderzoeken hoe het virus zich beweegt, kijkt Renes naar hoe mensen zich bewegen tijdens deze crisis. Hoe kan de overheid kennis uit de sociale psychologie inzetten om gewenst gedrag te bereiken, vraagt Renes zich af. En waar liggen de grenzen?
"Ik vind het geen fijn woord, maar de realiteit is dat je niet door het leven kunt gaan zonder manipulatie," zegt Reint Jan Renes. "We worden constant beïnvloed, en we beïnvloeden op onze beurt anderen." Maar wanneer dat overgaat in kwaadwillige manipulatie is best complex, legt Renes uit. De gedragswetenschapper onderzoekt al tien jaar hoe de overheid gedragingen in het publieke domein kan beïnvloeden. "Als individu vinden we het niet altijd even makkelijk om rekening te houden met anderen en de toekomst, hoewel we in de coronacrisis zien dat het ons soms ook juist erg goed lukt.
"Een overheid die trouw bij haar taak blijft, vraagt zich telkens af hoe ze individuele vrijheden zo min mogelijk schaadt en tegelijkertijd mensen kan laten meebewegen richting het collectieve doel. Soms doet een overheid dat heel openlijk in de vorm van wetten, soms subtieler door te nudgen."
Over Reint Jan Renes
Gedragswetenschapper Reint Jan Renes is als lector Psychologie voor een Duurzame Stad verbonden aan de Hogeschool van Amsterdam. Daarnaast deed Renes de afgelopen jaren onderzoek naar hoe maatschappelijk gedrag (gezondheid, veiligheid, duurzaamheid) effectief te beïnvloeden is. Op dit moment is hij gedetacheerd bij de Corona Gedragsunit van het RIVM.
Wanneer gaat een duwtje in de goede richting over in manipulatie?
"Bij dat duwtje, nudgen gaat het erom dat de keuze-architectuur zo is vormgegeven dat mensen vanuit een soort gemakzucht of luiheid doen wat voor hen wordt gesorteerd. Op een website als Booking.com klik je telkens door en denk je achteraf: waarom heb ik dit eigenlijk geboekt? Een overheid doet dit in principe veel transparanter.
Ze stapelt minder manipulatieve technieken op elkaar en heeft zich bovendien te houden aan richtlijnen. Op controversiële thema's als euthanasie past ze het bijvoorbeeld niet toe. Maar verkeersveiligheid wordt wel door een paar subtiele aanpassingen vergroot. Dat vinden we een belangrijke overheidstaak."
Zijn we anders gaan kijken naar manipulatie?
“Rond de jaren tachtig ging men anders denken over wat ons beweegt en beïnvloedt. Sigmund Freuds idee van ‘een onderbewuste’ had toen een heropleving. Wetenschappers als Ab Dijksterhuis en Robert Cialdini betoogden hoe er met primen, framen en nudgen op het onderbewuste kan worden ingespeeld.
Vervolgens sijpelde dit idee ook door naar de industrie en de afgelopen vijftien jaar speelt de overheid er ook steeds vaker op in. Ik vind het interessant dat er nu weer een tegenbeweging ontstaat. Sommige vraagstukken zijn namelijk zo belangrijk dat we willen dat mensen daar goed over nadenken zodat zijzelf tot een eigen keuze komen. Denk aan donorregistratie: moet donor-zijn niet een expliciete keuze zijn?”
Worden we meer gemanipuleerd dan voorheen?
"Het is van alle tijden, maar ik denk wel dat we steeds slimmer genudged worden. In de jaren zestig en zeventig waren er overzichtelijke gedragsmodellen met maar een paar kanalen, zoals de kerk. Nu is er een rijk palet aan kanalen die ons kunnen nudgen en tot diep in het privéleven ingrijpen.
Denk aan horloges die ons continu signalen geven, of telefoons waarop al onze gegevens staan. Informatiedragers zitten letterlijk dichter op onze huid, zijn beter op ons afgestemd en dringen meer tot ons door. Tegelijkertijd is het ook zwakker omdat de samenleving meer versplinterd is. Vroeger luisterde je gewoon naar de kerk, of je politieke partij. Nu is het een continue zoektocht naar iemands aandacht over verschillende kanalen."
Zijn we ons daar beter van bewust?
"We weten dat het er is, maar dat betekent niet dat we er ook beter mee om kunnen gaan. We zijn als consumenten misschien wel willozer dan veertig jaar geleden. Om mensen te kunnen manipuleren is het namelijk nodig dat zij met weinig aandacht naar vraagstukken kijken. In een tijd waarin we worden overspoeld met informatie en we met heel veel mensen interacteren via bijvoorbeeld sociale media, zijn we meer afgeleid dan ooit.
Doordat we continu op akkoord moeten drukken op websites is dat een standaard conditioneringsactie geworden. Daardoor zijn we ook gemakkelijke prooien. Bedrijven hebben bovendien het voordeel dat ze alleen maar hoeven in te spelen op dingen die we stiekem toch al willen. Dus wij bewegen al toe naar vet eten of naar het vinden van sociaal contact. Bedrijven hoeven het alleen maar toegankelijker te maken. Dat is een ongelijke strijd."
Wat is uw grootste zorg?
"Voorheen was de mogelijkheid om met kennis van zaken over iets te spreken voorbehouden aan een selecte groep. Nu kan iedereen zich mengen in het publieke debat. Dat is op zich heel positief, want daardoor wordt meer kennis ontsloten en het debat democratischer. Maar het is nu ook gemakkelijker om met weinig kennis, of zelfs met kwaadwillende intenties nepnieuws naar buiten te brengen.
Klimaatsceptici zaaien bijvoorbeeld voortdurend twijfel over iets dat door negentig procent van de wetenschappers als een feit wordt gezien. Zij kiezen willekeurige dingen uit een breed palet aan informatie omdat ze passen bij hun verhaal.
Ik maak me vooral zorgen over de tweedeling die ontstaat. Dat er een groep is die slecht met informatie om kan gaan en een groep die dat goed kan."
Wat kunnen we doen tegen complotdenken?
"Anderhalf jaar geleden zat ik in een commissie over radicalisering op het internet. Toen merkten we hoe ongelooflijk moeilijk het is om mensen uit het complotdenken te krijgen. Complotdenkers zijn namelijk afgesneden van andere verhalen. Alles wat niet meer in hun frame past, wordt door henzelf op den duur naar buiten geduwd.
Je ziet het ook bij rokers. Rationeel zou niemand meer roken, je gaat er namelijk dood aan. Maar het roken is onderdeel geworden van de identiteit van rokers. Ze hebben vaak effectieve 'coping-strategieën' om om te kunnen gaan met anti-rookinformatie. Dus moet je die mensen vrij maken van die identiteit om ze weer open te laten staan voor negatieve informatie over roken."
Hoe krijg je dat voor elkaar?
"Dat is ingewikkeld. Ergens is dat ook goed, want als het makkelijk was, zouden we elkaar tot op het bot kunnen manipuleren. Tegelijkertijd rookte in de jaren zeventig nog zestig procent van de mensen. Nu is dat nog maar iets meer dan twintig procent.
Regels en voorzieningen die zijn veranderd hebben daar aan bijgedragen. Het is duurder en minder makkelijk geworden om sigaretten te kopen. Bovendien is de overheidscommunicatie over roken consistent: het is ongezond. En alle commerciële rookreclames zijn verdwenen. Als het je lukt om in een tijd van versplintering de boel in één richting te orkestreren, zoals nu ook in de coronacrisis, zie je wel effecten daarvan."
Samen met filosofen Fleur Jongepier, Herman de Regt en Daan Roovers is Reint Jan Renes te gast in Het Filosofisch Kwintet over Onzichtbare Beïnvloeding. De aflevering wordt uitgezonden op 21 juni om 12:10 op NPO 1.
Lees meer over de aflevering, en kijk hem nadien hier terug.