‘Ten eerste moet er een gemeenschappelijk element bestaan. Onze coaches, gemiddeld zo’n 60 jaar oud, begeleiden studenten van de hogeschool. Het format is in dit geval dat de coaches het Nederlands van de studenten bijspijkeren. Dit is de gemeenschappelijke deler. Naarmate er meer contactmomenten plaatsvinden, ontstaat er een diepgaande relatie. De coaches vinden het fijn om te horen hoe de jeugd aankijkt tegen sociale media. Daarnaast maken zij zich nog steeds nuttig in onze maatschappij.’
Naar aanleiding van de documentaire Een Nieuwe Morgen stellen we vijf vragen aan vijf professionals die zich bezighouden met het thema jong en oud. Wat kunnen jongeren leren van ouderen? Wat is ervoor nodig om hen samen te brengen?
Harry Weststeijn van Prettig Oud Worden En Relativeren legt uit dat er een wisselwerking moet ontstaan tussen jong en oud. Op die manier bouwen beide partijen een gelijkwaardige relatie op.
Hoe vullen jong en oud elkaar aan?
Wat werkt echt niet als het gaat om het samenbrengen van jong en oud?
‘Liefdadigheid werkt niet. Er moet een reden zijn waarom een oudere contact heeft met een jongere en vice versa. Er ontstaat door ons project van coaches en studenten een wederzijds profijt. Ouderen willen horen wat jongelui bezighoudt, terwijl de jongeren graag hun Nederlands willen verbeteren. Er moet gelijkwaardigheid bestaan in het geven en nemen. In de documentaire Een nieuwe morgen kijken oud en jong naar elkaar als vreemden, vind ik.’
Waarom hebben jullie gekozen om aan te haken bij een jonge doelgroep als studenten?
‘Studenten liggen binnen ons bereik. De werkende en drukke dertigers en veertigers hebben hun handen al vol aan het gezin, werk of andere activiteiten. Studerende jongeren hebben simpelweg meer tijd. Daarnaast kunnen we voor hen iets terugdoen door de Nederlandse lessen die onze coaches geven.’
In 2040 zal een kwart van de Nederlanders 65-plus zijn. Wat is er nodig om de toename van het aantal ouderen in goede banen te leiden?
‘De overheid stimuleert ouderen om langer thuis te wonen, maar hier moet wel in geïnvesteerd worden. Geld steken in een goed burennetwerk, in boodschappenhulp, hulp in de tuin en dergelijke is cruciaal. Er moeten simpelweg netwerken in de wijk worden opgezet zodat er een sociaal vangnet ontstaat.’
Wat is ‘goed oud worden’?
‘Met veel mensen in contact blijven en nieuwe contacten maken. Wat daarbij belangrijk is, is jezelf fysiek onderhouden en mobiel proberen te blijven zodat je in het buurtcafé tenminste samen koffie kan drinken. Nieuwe invloeden en prikkels zijn belangrijk. Er moet wel een beetje reuring in het leven zijn.’