Frankrijk heeft er sinds vorige week een held bij: Mamoudou Gassama, bijgenaamd ‘Spiderman’. Met gevaar voor eigen leven redde de 22-jarige Malinees een jongetje dat aan een balkon op de vierde verdieping van een flatgebouw bungelde. Als beloning voor zijn moedige daad mocht Gassama op bezoek bij president Emmanuel Macron, die hem de Franse nationaliteit beloofde en een baan bij de brandweer. En afgelopen maandag kreeg hij uit handen van burgemeester Anne Hidalgo de hoogste onderscheiding van de stad Parijs: de ‘médaille grand vermeil.’
Zo verdeeld als ze zijn over algemene immigratiekwesties, zo eensgezind bleken linkse en rechtse politici in dit particuliere geval. Zelfs het rechts-populistische Front National, dat het liefst vandaag nog de grenzen sluit, was het eens met de beslissing van de president om de Malinese held de Franse nationaliteit te geven. ‘Er zijn niet veel migranten die het verdienen, dus als iemand het wel verdient moet je hem die geven,’ zei parlementariër Gilbert Collard.
Ik zie hier een knoeperd van een denkfout. Of eigenlijk zie ik er twee. De eerste is een argumentatiefout, een kromme redenering. Collards bewering is gebaseerd op een verkeerde aanname, namelijk dat je de Franse nationaliteit kunt verdienen. Hoezo? Wat heeft de gemiddelde Fransman gedaan om de Franse nationaliteit te verdienen? En waarmee dan? Telt een drenkeling uit het water halen ook? Of een oud vrouwtje veilig naar de overkant helpen? Je begrijpt het, dit argument houdt geen stand. En dan heb ik het nog niet eens over Collards kwetsende en niet onderbouwde oordeel over migranten: ‘Er zijn niet veel migranten die het verdienen… .’
De tweede denkfout is een mechanisme dat in de psychologie het ‘halo-effect’ heet. Niet alleen parlementslid Collard, maar ook president Macron en burgemeester Hidalgo zijn gevoelig gebleken voor dit mechanisme. Het halo-effect wil zeggen dat als we één in het oog springende positieve eigenschap van iemand zien, we geneigd zijn die persoon in alle opzichten geweldig te vinden. Alsof er een halo, een lichtkrans, boven zijn hoofd zweeft. Zo is een aardige dokter vast een goede dokter, een welbespraakte sollicitant een bekwame manager en een moedige man vast een fantastische brandweerman en een onberispelijke burger. En wie weet welke eigenschappen ze hem nog meer toedichten. Heel menselijk en begrijpelijk, maar dat hoeft niet zo te zijn. In feite heeft de moedige Spiderman laten zien dat hij fysiek sterk is en dat hij geen hoogtevrees heeft. Maar verder? Wie in één ding uitblinkt, is daardoor niet in alle opzichten een topper.
Het halo-effect werd voor het eerst benoemd in de vorige eeuw in het Amerikaanse leger, toen psychologen ontdekten dat soldaten die hoge cijfers kregen voor één eigenschap, bijvoorbeeld zorgvuldigheid, ook hoog scoorden op totaal onvergelijkbare kwaliteiten zoals loyaliteit of fysieke kracht.
Het halo-effect heeft te maken met onze hang naar harmonie. We zien een ander liever als een consistente persoonlijkheid dan als een vat vol tegenstrijdigheden. Maar vrijwel niemand is alleen maar goed en geweldig. Zelfs een held niet.