Wat bleek? Nederlanders zijn dik tevreden; ze geven hun eigen leven gemiddeld een rapportcijfer van 7,8. In 2004 was dat iets minder: 7,6.
Nederland staat er in alle opzichten beter voor dan 25 jaar geleden: de gezondheid is verbeterd, de levensverwachting en het opleidingsniveau zijn gestegen, de criminaliteit gedaald. Maar het opmerkelijkste nieuws uit het rapport was wel dat we de afgelopen 25 jaar toleranter zijn geworden: vond in 1994 nog bijna de helft van alle Nederlanders dat er te veel mensen zijn met een migratie-achtergrond, in 2017 is dat gedaald naar 31 procent.
Huh? Hoe kan dat nou? Hoe moeten we de angst voor vluchtelingen en de haat tegen moslims dan begrijpen? Het lijkt juist alsof die geluiden steeds sterker worden. Groen-Linksleider Jesse Klaver probeerde deze uitkomst op zijn Facebookpagina te verklaren: ‘Het lijkt soms alsof Nederland uit boze, bange mensen bestaat doordat schreeuwers als Wilders en Baudet dat steeds benoemen.’
Klaver heeft een punt: we weten dat het menselijk brein recente en dramatische gebeurtenissen beter onthoudt dan neutrale berichten: het beschikbaarheidseffect genoemd. Wie op televisie agressieve mensen ziet protesteren tegen een asielzoekerscentrum, realiseert zich meestal niet dat er veel meer mensen zijn die geen bezwaar maken. En omdat de schreeuwers en boze mensen meer aandacht in de media krijgen dan de zwijgende meerderheid, wordt dit effect alleen maar groter.
In de verbazing over de toegenomen tolerantie speelt nog een ander mechanisme op: de negativity bias. De meeste mensen hebben een selectief geheugen voor negatieve gebeurtenissen. Ze onthouden vervelende berichten beter dan de positieve. Dat is in veel gevallen functioneel: wie één keer is gebeten door een hond, zal voortaan goed uitkijken voor hij een huisdier aait. Maar soms is het irrationeel. We onthouden de negatieve berichtgeving over migranten kennelijk beter dan de positieve en moeten gecorrigeerd worden door de feiten. Zo leert De sociale staat van Nederland van het SCP met zijn contra-intuïtieve uitkomsten ons ook iets over onze eigen vooringenomenheid.