Bij ons thuis was het heel vanzelfsprekend dat je ging studeren. In die tijd las ik graag Edgar Allan Poe en het werk van de zusjes Brönte, dus koos ik voor een studie Engelse Literatuur. Voor mijn gevoel was studeren de enige optie. Tegenwoordig denk ik daar heel anders over.
Soms denk ik dat ik beter helemaal niet naar de universiteit had kunnen gaan, omdat ik toen al niets liever deed dan muziek maken. Ik vond de academische wereld maar een geïsoleerd eilandje en bovendien wat saai. Toch is mijn achtergrond in literatuur achteraf bezien een geheim wapen gebleken in de strijd om een goede singer-songwriter te worden. Mijn studie gaf me misschien een late start als professioneel songwriter in de muziekwereld, maar het maakt me ook onderscheidend. Mijn teksten zijn beter dankzij mijn opleiding. Daarnaast word ik gevraagd voor optredens die ik niet zou hebben kunnen doen zonder mijn academische achtergrond. De academische wereld is een soort subcultuur, met een eigen taal. Een soort slang die je moet begrijpen en spreken om op sommige plekken welkom te zijn.