'Ik was vijf jaar toen de Berlijnse muur viel. Voor de buis zaten mijn ouders met grote belangstelling te kijken naar een menigte euforische Duitsers. Met hamer en pikhouweel in de hand gingen ze de muur gretig te lijf, ze klommen erop en overheen. Men lachte, men huilde. Hier gebeurde iets groots, ik voelde het. Maar wat? Ik had geen flauw idee. Te jong.
De jaren daarna waren licht en frivool. Ongekende welvaart, (Westers) optimisme; de jaren negentig was een decennium van zorgeloosheid, decadentie en weinig heroïek. Het was ook het tijdperk van privatisering, marktwerking en schaalvergroting. De tijdgeest waarin ik langzaam volwassen werd. Eerst met skateboard, later met een Breezer in mijn hand.