'Grosso modo kun je zeggen dat er een volledige verschuiving is gekomen op het vlak van de stoornissen, van de klachten waar mensen mee kampen. Ik ben opgeleid in een tijd waarin we ervan uitgingen dat psychiatrische stoornissen een gevolg waren van een al te gefrustreerde opvoeding op het gebied van seksualiteit, man en vrouw-verhoudingen, een al te autoritaire omgeving, dat soort zaken. Dan ontwikkelde je klachten als hysterie, dwangneurosen en allerlei fobieën.'
'Vanaf het begin van deze eeuw veranderde dat, kregen we een stortvloed aan persoonlijkheidsstoornissen. Dat is iets anders dan de klassieke neurosen. We kregen ook een ander behandelmodel. De nadruk kwam te liggen op een soort verplichte psychotherapie, waarmee we mensen probeerden te helpen om hun persoonlijkheid weer op een rijtje te krijgen en hun impulsen te controleren.'
'Een andere, nog belangrijkere verandering, is dat er een enorme stijging kwam op het vlak van angst en depressie, en dat die anders waren dan voorheen. Dat opende mijn ogen. Zo'n twintig jaar geleden werkte ik mee aan een onderzoek naar mensen met een depressie. We wilden weten wat de context van die depressies was. We hadden daar wel verwachtingen over, die gebaseerd waren op de klassieke theorie: gezinstoestand, seksuele problematiek, dat soort zaken. Wat bleek? In een significant aantal gevallen werd de depressie veroorzaakt door arbeidsomstandigheden, door de situatie op de werkvloer. Toen ben ik het verband beginnen te leggen tussen een veranderde maatschappelijke omgeving, veranderende mentale stoornissen en een veranderend behandelmodel.'