AI raakt steeds verder ingebed in ons dagelijks leven en in de maatschappij, van algoritmes die bepalen welke muziek we luisteren tot apparaten die slimme technologie gebruiken, zoals gezichtsherkenning. "We zitten in de vierde industriële revolutie," ziet filosoof aan de KU Leuven Lode Lauwaert. "Wat elektriciteit en olie waren voor vroeger, is data voor vandaag."
De invloed van die omwenteling is enorm, want AI reikt veel verder dan onze smartphones en computers. Het is een systeemtechnologie. "Technologie staat nooit op zichzelf, het is ingebed in een groter geheel," licht Lauwaert toe. "Mijn gsm is afhankelijk van elektriciteit en van mijn internetverbinding, die weer afhankelijk is van andere mensen die er ook gebruik van maken. Door AI als systeem te begrijpen, zie je dat technologie niet iets onvermijdelijks is: er zijn groepen, regeringen, vakbonden et cetera die de evolutie van technologie mee vormgeven en implementeren. Wij mensen moeten richting geven aan het gebruik van technologie."
Om richting te kunnen geven hebben we een ethische blik op AI nodig, stelt Lauwaert in zijn boek Wij, Robots. Een Filosofische Blik op Technologie en Artificiële Intelligentie. "Het gebruik van AI-systemen en -technologieën brengt veel morele mogelijkheden en problemen met zich mee. Het is belangrijk om die goed te laten zien en na te denken over hoe we die kunnen aanpakken. Dat is het domein van de ethiek en de filosofie."