Dat laatste zal overigens wel veranderen. Want hoe meer machines op ons lijken, hoe makkelijker we met ze kunnen omgaan. Dus het ligt voor de hand dat we dingen steeds meer moeten ontwerpen op zo'n manier dat we ermee kunnen communiceren alsof het mensen zijn.
In 1992 heb ik een pratend koffiezetapparaat ontworpen, nadat ik een paar jaar daarvoor het eerste pratende koffiezetapparaat ter wereld maakte. Het apparaat bestaat uit twee delen die met elkaar en met de gebruiker communiceren. Het ene deel is Douwe, die staat in de keuken. En het andere deel heet Egbert, die staat in de woonkamer. Als Douwe de koffie klaar heeft, stuurt hij een seintje naar Egbert en die begint dan te praten. Hij zegt dan: 'Ga maar naar de keuken, want Douwe heeft de koffie klaar.'
Dat is natuurlijk een grapje, maar het is wel waar het naartoe gaat. Tot zover nog geen problemen. Maar als de kunstmatige intelligentie zo slim wordt dat een koffiezetapparaat zelf gaat beslissen dat ik genoeg koffie heb gedronken, dan wordt het lastig. Ik denk dat mensen vooral bang zijn voor kunstmatige intelligentie omdat we nog niet zo goed kunnen overzien wat het ons zal brengen. Evolutionair gezien is dat slim. Want als je bang bent voor onbekende zaken, dan vergroot dat automatisch je overlevingskansen. Maar zoals het er nu voorstaat denk ik dat we zo snel mogelijk een pact moeten sluiten met kunstmatige intelligentie. Want of we nou willen of niet, kunstmatige intelligentie zal op korte termijn een stuk slimmer zijn dan wij.
Als kunstmatige intelligentie ons tegen die tijd hier en daar eens helpt, dan zijn we waarschijnlijk een heel stuk beter af dan als we met z'n allen gewoon een beetje blijven doorklooien. Zoals het er nu voor staat is het een situatie van nu of nooit: we moeten nu actie ondernemen, of we zullen binnenkort uitsterven. Onze zucht naar steeds meer en steeds geavanceerdere technologie is de standaardkoers van de evolutie. Kunstmatige intelligentie zal het leven niet alleen verlossen van allerlei menselijke domheid, maar ook van het soort evolutionaire pech dat we onderweg ervaren, zoals sterfelijkheid.
Tegen wil en dank koersen wij op het bereiken van kunstmatige intelligentie af. En ik vermoed dat kunstmatige intelligentie niet onze ondergang zal worden, maar juist onze redding. Daarom moeten we onze bezwaren tegen kunstmatige intelligentie laten varen en alles op alles zetten om dat voor elkaar te krijgen."