Na zijn studie economie aan de Universiteit van Bologna wilde Antonioni een film maken. Hij koos voor een documentaire over een psychiatrische inrichting.
Fiasco
Op de eerste draaidag in Ferraro vroeg hij aan patiënten hem te helpen met het plaatsen van de apparatuur. Toen Antonioni de lampen aandeed, nam razernij bezit van de helpers. ‘Ze gingen tekeer,’ schreef hij later, ‘en hun gezichten, die even tevoren nog kalm waren, werden vertrokken, alsof ze verpletterd waren.’
De directeur van de inrichting kwam tot zijn redding. Antonioni: ‘In het halfdonkere vertrek zagen we een zwerm van lichamen die zich in vreemde bochten wrongen, alsof ze stervensnood verkeerde.’
Dit fiasco, beschreven in een stuk in The New York Times, bood een omineuze voorspelling op hoe men jaren later op zijn grote meesterwerken reageerde, vooral op zijn internationale doorbaak, ‘L’Avventura’ (1960), die op het festival van Cannes zulke boze reacties ontlokte dat Antonioni en zijn nieuwe ster, de beeldschone Monica Vitti, de zaal moesten ontvluchten.