De Werelderfgoedlijst bevat sinds begin deze maand ook publicaties van Maarten Luther.

Over het antisemitisme van Maarten Luther is in dit blog al meerdere malen gesproken. Onder meer hier. Nog even twee citaten van de grote Reformator uit zijn werk Von den Jüden und ihre Lügen, waarvoor hier de hele tekst is te vinden:

“Ik had besloten niet meer over of tegen de joden te schrijven. Maar nadat ik gemerkt had dat deze miserabele en vervloekte mensen niet ophouden ons, dat wil zeggen Christenen, te verleiden, heb ik dit boekje geschreven, zodat ik me kan scharen onder diegenen die weerstand bieden tegen die giftige activiteiten van joden, en die Christenen gewaarschuwd hebben voor hen op hun hoede te zijn. Ik zou niet hebben kunnen geloven dat een Christen door de joden kon worden beetgenomen om te geloven dat hun verstoting en ellende niet aan hen zelf te wijten was. Echter, de duivel is de god van de wereld, en waar Gods woord afwezig is heeft hij het gemakkelijk, niet alleen bij de zwakken maar ook bij de sterken. Moge God ons helpen. Amen.'”

En:

“Daarom moet het niet gewaagd worden dit als een onbelangrijke zaak te beschouwen, maar als een zeer ernstige, om raad hiertegen te zoeken om onze zielen van de joden te redden, dat wil zeggen van de duivel en eeuwige dood. Mijn advies, zoals ik eerder gezegd heb, is: Ten eerste, dat hun synagogen moeten worden afgebrand, en dat iedereen die daartoe in staat is, zwavel en pek gooit; het zou goed zijn als iemand er ook hellevuur in kon gooien. Ten tweede, dat al hun boeken, hun gebedenboeken, hun Talmoed geschriften, en ook de hele bijbel van ze afgenomen wordt, ze geen blad over te laten, en dat deze bewaard worden voor degenen die mogelijk bekeerd worden. Ten derde, dat hun onder straffe van dood verboden wordt God te prijzen, dank te geven, en openlijk te preken onder ons en in ons land. Ten vierde, dat hen verboden wordt de naam van God uit te spreken binnen ons gehoor. Want hiernaar kunnen we niet met een zuiver geweten luisteren of het tolereren.”

Kortom, een grotere antisemiet dan Luther is bijna niet te vinden in de Europese geschiedenis. Er loopt een bloedlijn van Luther naar Hitler. Des te opmerkelijker is het volgende bericht uit het Reformatorisch Dagblad: “De Werelderfgoedlijst van de Unesco bevat sinds begin deze maand ook publicaties van de reformator Maarten Luther.” Het Reformatorisch Dagblad verwijst naar dit artikel op een Duitse Luther-site:

“Das eingereichte Nominierungsdossier zu den frühen Schriften der Reformationsbewegung wurde vom Leibniz-Institut für Europäische Geschichte in Mainz in Kooperation mit Lutherforschern aus der ganzen Welt erstellt. Es umfasst Briefe und Originaldrucke von Luthers Schriften, darunter ein Handexemplar Luthers der Hebräischen Bibelausgabe und ein Plakatdruck der 95 Ablassthesen. Das Dossier zum Manuskript der h-Moll Messe wurde von der Staatsbibliothek zu Berlin erarbeitet und verweist auf die Bedeutung der Komposition als Meilenstein der Musikgeschichte in Bezug auf Satztechnik, Wort-Ton-Verhältnis und ihren Einfluss auf die Musikgeschichte bis heute. Die 99-seitige Niederschrift der Komposition verfasste Bach in den Jahren 1748 und 1749 kurz vor seinem Tod.”

Het gaat dus niet om het hele werk, zoals het Reformatorisch Dagblad in de kop suggereert, maar om enkele geschriften. Niettemin blijft het een onaangenaam idee dat Luther in het Lutherjaar – 2017, oftewel 500 jaar nadat hij met zijn stellingen kwam – zo wordt geëerd. Hier nog een uitleg op YouTube: