De context van de vraag is tevens het onderwerp van het kerstnummer van het blad dat deze week in de schappen ligt. Schutte: ‘2014 was een vijandig jaar, met oorlogen aan onze Europese grenzen (Oekraïne, Midden-Oosten), een aanslag op een vliegtuig met overwegend Nederlandse passagiers, de vijand in ons midden in de vorm van jihadisten en potentiële terroristen. Dat wakkert allemaal angst aan, en maakt dat we misschien zelfs veel meer vijanden gaan zien dan er zijn.’
Aan de basis van dit alles ligt het idee van de onzichtbare vijand, altijd in ons midden, die op een goed gekozen moment zijn ware aard toont en daarmee alle bestaansvoorwaarden van onze beschaving aan het wankelen brengt.
Het angstvisioen van de vijfde colonne — dat resoneert in de cultuur. Het sterkste voorbeeld hiervan is James Ellroy’s briljante nieuwe roman Perfidia, waarin Japanse inwoners van Los Angeles na de aanval op Pearl Harbor slachtoffer worden van paranoia en geweld.
Ook de serie The Americans draait om het motief ‘de vijand onder ons’.
Het is de jaren tachtig. Reagan in het Witte Huis. De nucleaire wapenwedloop in volle gang. John Hinckley in de ban van Jodie Foster. FBI en CIA met speciale machten. Want het rode gevaar verspreidt zich als een brandend vuurtje, zelfs binnen de landsgrenzen.
Elizabeth en Phillip zijn twee Russische spionnen die zich diep undercover in Amerika vestigen. Ze nemen de identiteit van Amerikanen aan. Ze wonen als echtpaar met twee kinderen in de buurt van Washington. Overdag werken ze bij hun eigen reisbureau, ’s avonds zijn ze KGB-agenten.