Termen als ‘zero death war’ en ‘non state actor’ vallen in het debat over het leger van de toekomst. Minder evident zijn de antwoorden op de vraag welke rol de mens hierin zou moeten spelen.
Ondanks alle moderne ontwikkelingen is de essentie van oorlog voeren dat de mens fysiek oog in oog komt te staan met de vijand — en dat hij die dan moet vermoorden. Maar is deze daad van gerechtvaardigd doden nog moreel te verantwoorden?
Oorlogsgezicht
Op deze vraag focussen cineasten in films waarin de oorlogvoerende mens in een persoonlijke, existentiële crisis belandt waarin absurdisme en ironie de boventoon voeren. Het beste voorbeeld hiervan is Stanley Kubricks Full Metal Jacket (1987), een film die met kille precisie aantoont dat oorlog ontmenselijkt.
In het eerste deel — de opleidingsfase van de soldaat — verzoekt de tirannieke drilsergeant een rekruut, Matthew Modine, zijn ‘oorlogsgezicht’ te laten zien, waarop Modine primitief begint te schreeuwen.