In zijn zelden vertoonde debuut, Take The Money And Run (1969) schetst Woody Allen een hilarisch, ontnuchterend beeld van de wijze waarop ouders en kinderen elkaars ergste nachtmerrie kunnen zijn.
Crimineel
Allen speelt de rol van Virgil Starkwell, een stuntelende crimineel die zijn leven lang achtervolgd wordt door een jeugd waarin hij in alles faalde.
Toen Allen later in zijn leven op de film terugblikte, gaf hij toe dat zijn eigen angsten de bron van het verhaal vormden. Was hij geen succes als filmmaker geworden, vertelde hij, dan zou hij ongetwijfeld op hetzelfde criminele pad als Virgil terecht waren gekomen.
De film laat zien hoe precair ouderschap kan zijn: hoe je ook je best doet, je hebt weinig controle over wat voor mens je kind uiteindelijk wordt en hoe je op zijn of haar unieke karakter reageert.
Ouders uitkiezen
Maar er is ook een keerzijde: als kind kun je je ouders niet uitkiezen. En dát is waarmee Virgil Starkwell kampt in Take The Money And Run. (De ouders van Virgil komen vanaf 9.30 minuten aan het woord.)