Een oud Afrikaans gezegde luidt: ‘It takes a village to raise a child.’ Midden jaren negentig kreeg het zelfs wereldwijd bekendheid toen de Amerikaanse presidentskandidaat Hillary Clinton een boek over de effecten van de gemeenschap op het opvoeden van kinderen publiceerde.
Village idiots
Ik kende het gezegde. En onwillekeurig roept het argwaan bij mij op. Het klinkt zo mooi, maar wat nu als die ‘village’ in brand staat, en wat als de inwoners ‘village idiots’ zijn? Zo hard bedoel ik het niet helemaal. Maar toch: de verantwoordelijkheid de gemeenschap in het opvoeden van kinderen is gróót.
Dat onderkent ook Wouter Sanderse, lector beroepsethiek aan Fontys Hogescholen. Hij stelt dat een goede docent niet alleen vakinhoudelijk deskundig moet zijn. Docenten hebben ook een morele taak: eraan bijdragen dat kinderen en jongeren als mens kunnen floreren. Of die vorming slaagt, hangt mede af van het karakter van de leraar.
Moreel baken
De docent als moreel baken is het onderwerp van Anthony Asquiths film ‘The Browning’ Version’ uit 1951.
Andrew Crocker-Harris (Michael Redgrave) is classicus aan een openbare middelbare school in Engeland. Wegens zijn strenge manier van lesgeven noemen de leerlingen hem ‘Croc’ en ‘the Himmler of the lower fifth’.
Een ziekte van de ziel
Door een hartziekte moet Crocker-Harris zijn baan bij de prestigieuze school opgeven. Bovendien blijkt dat zijn vrouw een affaire heeft.
De leraar wordt gedwongen zijn leven en werk onder de loep te nemen. Hij realiseert zich dat hij heeft gefaald vanwege een ‘ziekte van de ziel’: weinig inspiratie, een tirannieke manier van lesgeven en vooral cynisme en verdriet ingegeven door zijn leugenachtige echtgenote.
Crocker-Harris is het geloof in mens en samenleving kwijtgeraakt. Dat kun je hem niet echt kwalijk nemen, zeker gezien de leugens van zijn vrouw. Voeg hieraan zijn desillusie toe over de moderne tijd waarin leerlingen geen liefde meer voor de oudheid kunnen opbrengen en de crisis is compleet.
Eigen tragedie
Maar juist wanneer Crocker-Harris op het punt staat de school te verlaten realiseert een leerling, Taplow, zich dat hij dankzij ‘Croc’ van dat Oud-Grieks is gaan houden.
Taplow doet een exemplaar van ‘Agamemnon’ cadeau aan Crocker-Harris, dat hem eraan herinnert dat hij als jonge man een eigen, fantasierijke vertaling van de tragedie had gemaakt.
Dat opent de weg naar verlossing. In een roerende speech voor de hele school verontschuldigt Crocker-Harris zich voor zijn falen als leraar.